26 October 1909.
—6—
deringen behandeld en ernstig onderzocht door de
Commissie voor de Waterleiding en Burgemeester
en Wethouders, welke colleges beide adviseeren om
de overeenkomst aan te gaan.
Tevens wordt voorgesteld Burgemeester en Wet-
houders te machtigen de plannen tot uitvoering der
benoodigde werken te doen maken onder hoofdlei-
ding van den heer J. van Hasselt, Civiel-Ingenieur te
Amsterdam, en met medewerking van een in overleg
met hem te kiezen Ingenieur, welke plannen nader
aan den Raad zullen worden overgelegd. Voorts om
de leiding der uitvoering van de noodige werken ook
aan die Ingenieurs op te dragen en ten slotte om al
die maatregelen te nemen, welke in het belang van
het werk zullen noodig blijken.
De Voorzitter zet verder uiteen, dat de eigenlijke
plannen voor de waterleiding nog nader in den Raad
zullen worden behandeld, de kosten worden globaal
begroot op f 200.000, de Commissie voor de Water-
leiding meent, dat de waterprijs in het begin veertig
cent per M3 zal moeten bedragen, in de eerste jaren
zal er dan een klein verlies zijn, dit zal echter zacht-
jesaan verminderen en ten slotte zal er winst over-
blijven. De bevolking neemt toe en er wordt meer
en meer gebouwd, hierom betwijfelt spreker niet, of
de waterleiding zal levensvatbaar blijken. Ook al zou
er verlies zijn aan de waterleiding, dan is deze nog
gewenscht uit een gezondheidsoogpunt en voor den
bloei dezer gemeente die moet concurreeren met ande-
re gemeenten.
De heer Van den Berg vraagt, of een waterprijs
van 40 cent per M3 niet zoo hoog is, dat de inge-