30 November 1909.
ber, elke maand van den eersten tot den laatsten dag
der maand en elke week van Zondag tot Zaterdag.
Art. 2.
Voor de toepassing van het in art. 1 lett. A bedoelde
tarief wordt de oppervlakte, ingenomen door steigers
of op eenigerlei wijze overdekt, geacht voor de helft
aan het verkeer onttrokken te zijn.
Art. 3.
Deze rechten zijn verschuldigd door dengene, die de
vergunning heeft aangevraagd of zijn rechtverkrijgenden.
Art. 4.
Indien voör het verstrijken van den termijn, waar-
voor het recht is betaald, de vergunning wordt inge-
trokken, worden, tenzij die intrekking op verzoek van
den belanghebbende of door niet nakoming der ge-
stelde voorwaarden plaats heeft, de betaalde gelden in
verhouding van den verminderden tijd van gebruik te-
ruggegeven.
Art. 5.
Van deze heffing is vrijgesteld het gebruik van ge-
meente-grond, uitsluitend bestemd voor reeds vöör
deze verordening bestaande buiten het gevelvlak uit-
stekende uitbouwen, die met het desbetreffende gebouw
muurvast zijn verbonden, tenzij voor dat gebruik ver-
gunning werd verleend tegen betaling eener retributie
Eveneens is vrijgesteld het gebruik van gemeente-
grond of het hebben van particuliere werken of in-
richtingen, waarvan belanghebbenden zich het recht