28 Juni 1910. 27. De heer Van den Berg vraagt, of het juist is, dat Niet-gun- aan den minsten inschrijver van het leggen van het ning leggen buizennet voor de waterleiding, dit werk niet gegund buizen wa- js. terleiding De Voorzitter antwoordt hierop, dat de minste in- aan laag- schrijver heeft medegedeeld zich vergist te hebben bij sten in- de berekening en blij was ontslagen te zijn van de schrijver. opdracht van het werk, deze had ook nog nooit der- gelijk werk gemaakt. De heer Van den Berg zegt, dat de laagste inschrij- ver bij hem is geweest en hem heeft medegedeeld, dat het f5000 scheelde, hij beweerde, dat als zijne inschrijving door Burgemeester en Wethouders was gehandhaafd, dan met genoegen het werk zou gemaakt hebben, genoemde inschrijver mnakte op spreker wel den indruk van soliede te zijn. De Voorzitter zet uiteen, dat het een werk gold van groote technische vaardigheid en praktijk, bij den laagsten inschrijver bestond gevaar voor een slecht buizennet en deze wilde zelf er graag af, hierdoor was de opvolgende inschrijver C. de Ruijter, die met zul- ke werken zijn sporen verdiend heeft, de aangewezen persoon. De heer Van den Berg meent dat er misschien aannemers-politiek achter zou hebben kunnen zitten, waarop de Voorzitter antwoordt, dat de aanneemsom van de Ruiter aanzienlijk beneden de raming is. De heer Van der Weiden deelt mede, dat het den Overluid laatsten tijd weer erg is geweest met het overluid venten op venten op Zondag. Zonbag. De Voorzitter belooft hierop te zullen laiten letten en schorst dan de openbare vergadering, om over te gaan tot eene zitting met gesloten deuren.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1910 | | pagina 27