28 October 1910.
14
Plantsoen
bij het
Raadhuis.
dat die wegwerker weer eens lang achter elkaar be-
stratingen maakt en daardoor meer handigheid krijgt;
als vakman komt hem wel f 0.50 per week meer toe
dan den ander, die nog geen straatmaker is; deze
laatste is nog een beginneling en wordt geoefend zoo-
als om een gat in de bestrating te dichten.
Voor een kundig vakman, gelijk de oudste wegwer-
ker, is een loon van f 10.50 per week niet zoo hoog.
De heer Honig noemt het zeer practisch, dat de
oudste wegwerker weer eens in eene ploeg van straat-
makers meewerkt, dit komt en der gemeente en dien
man ten goede.
De Voorzitter vraagt vervolgens, of het voorstei
van den heer Van den Berg wordt gesteund. om aan
geen der beide wegwerkers verhooging toe te kennen.
Als dit voorstel niet wordt ondersteund, brengt de Voor-
zitter in stemming het voorstel van de meerderheid
der Financieeie Commissie, om, met afwijking van de
begrooting, het weekloon van den jongsten wegwer-
ker niet te verhoogen.
Voor dit voorstel verklaarden zich vijf leden en
tegen eveneens vijf leden. Tegen stemden de heeren
Honig, Van Meeuwen, Dr. Droog, Van Houten en
Van der Weiden.
De Voorzitter geeft in overweging om den begroo-
tingspost onveranderd san te nemen, waarbij hij dan
echter toezegt, dat Burgemeester en Wethouders de
verhooging van het weekloon van den jongsten weg-
werker niet zullen laten ingaan, voordat de Raad
daartoe zal hebben besloten.
Bij „volgnummer 71, onderhoud van wandelplaatsen
en plantsoenen" deelt de heer Van der Eijken, Voor-
