28 October 1910.
5.
eene stem, die van den heer Van den Berg, wordt
aangenomen.
Bij volgnummer 43 vraagt de heer Van Meeuwen,
Presentie- of gerekend is op de vermeerdering van het aantal
geld der Raadsleden in het volgend jaar.
Raadsleden. De Voorzitter antwoordt hierop, dat de nieuwe Raads-
leden pas in September 1911 voor het eerst de ver-
gadering bijwonen dat, gerekend op 4 vergaderingen,
door hen f 16 in totaal genoten wordt, zoodat, bij ver-
gelijking met de uitgaven in 1909 op f 204 de post
tot een voldoend bedrag is uitgetrokken.
Bij volgnummer 44 stelt de heer Van der Eijken,
Salarisrege- als Voorzitter der Financieele Commissie, namens die
der ambte- Commissie voor, dat voor den adjunct-Commies met 2
naren 'ter dienstjaren de jaarwedde zal worden bepaald op f500
Secretarie. met ingang van 1 Jatfuari aanstaande en dan van dien
datum af voor dezen de dienstjaren zullen beginnen
te tellen ten opzichte van de salarisregeling.
Spreker vervolgt, dat de Commissie voor dezen de
verhooging wel wat hoog oordeelde tegenover de
verhooging i 1 jaarwedde van den anderen adjunct-
commies met slechts f 25.
De Voorzitter antwoordt, dat Burgemeester en Wet-
houders meenen, dat de beide adjunct-commiezen voor
hun werk even zwaar wegen, zoodat tusschen hen al-
leen het verschil behoort te bestaan tengevolge van
het aantal dienstjaren, en dit zou dan zijn f 50, de an-
dere adjunct-commies is vroeger wel in eens van f300
op f 500 gekomen en de jongste verdient de verhoo-
ging even goed als deze.
De heer Van der Eijken meent, dat een sprong vanf 100
voor den adjunct-commies met 2 dienstjaren voldoen-