6 April 1911
23.
ren als het betaalde tolgeld bedraagt, en ze daarna
aan den belastingschuldige af te geven.
Zii mogen geene losse bons in voorraad hebben.
Artikel 5.
De verantwoording van de ontvangen gelden ge-
schiedt wekelijks bij den Gemeente-Ontvanger.
De tolgaarders leggen dan telkens de in art. 2 be-
doelde registers over en leveren de omslagen in der
bonboeken, waaruit alle bons zijn afgegeven.
De Gemeente-Ontvanger waarmerkt in genoemde
registers de gedane stortingen en inleveringen van
gebruikte bonboeken.
Art. 6.
Wanneer een belastingschuldige den tol passeert,
nadat hij op denzelfden dag den anderen tol reeds is
doorgereden, zijn de tolgaarders verplicht het bewijs
van den gaarder van den eerst doorgereden tol in
ontvangst te nemen, hetgeen dan als betaling van het
tolgeld moet worden beschouwd.
De ontvangen bons worden door hen dadelijk na
ontvangst geworpen in eene hun vanwege Burgemees-
ter en Wethouders verstrekte gesloten bus, waarvan
de sleutel bij den Burgemeester berust. Deze bus zal
vanwege den Burgemeester op gezette tijden geledigd
worden.
Art. 7.
Zij houden zich strikt aan het tarief en aan de ver-
ordening op de Invordering van tolgelden op den
Binnenweg en de Camplaan.
Art. 8.
In den regel zullen de tolgaarders de bediening