14 December 1911. werkzaamheden vereischen, bepaald; met dien verstande, dat het ten minste zal bedragen, hij aannemmg op een leeftijd van 14 jaar f 1.80 en voor elk jaar ouder f L20 hooger. Hierbij zal de leeftijd, die m den loop van he kalenderkwartaal waarin de aanneming geschiedt, wordt bereikt, gelden als de leeftijd, waarop de jeugdige werk- man wordt, aangenomen. Art. 4. Yoor zoover de ijver en geschiktheid van den werk- man daarvoor voldoende worden geacht, heeft verhoogmg van zijn weekloon binnen de voor zijn categone gestelde grenzen plaats in de volgende perioden: a. voor jeugdige werklieden telkens nadat zij hun loon 1 jaar hebben genoten; b. voor de overige werklieden: 1» wanneer zij op het minimum loon staan, nadat zij dat loon 2 jaar hebben genoten, of zooveel vroeger als zij eerder vast of voorloopig worden aangesteld; 2°. wanneer zij op een loon van f 0.60 boven het minimum staan, nadat zij dat hoogere loon 2 jaar hebben genoten, of zooveel vroeger als zij eerder hoofd van ee gezin worden,n8n 3". wanneer zij op een loon van resp. f 1.20 ot f l.tsu boven het minimum staan, nadat zij dat hoogere oon 2 jaar hebben genoten. Art. 5. (1.) Indien een werkman wegens onvoldoenden ijver o geschiktheid later voor periodieke verhooging m aanmer- king wordt gebracht, dan uit het bepaalde m art. 4 zou voortvloeien, zal hij zijn volgende periodieke verhooging, zoo daarvoor termen bestaan, ontvangen op het tijdstip, waarop zulks geschied zou zijn, indien de eerstbedoelde verhooging niet uitgesteld was geworden.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1911 | | pagina 39