Qy„
4
Art. 12.
De onderwijzers zien toe, dat de kinderen goed
gereinigd en ordelijk gekleed ter school komen.
Bij grove onzindelijkheid, te beoordeelen door het
hoofd der school, kunnen zij terstond uit de school
verwijderd en ter reiniging huiswaarts gezonden worden.
Art. 13.
De onderwijzers zorgen, dat zooveel mogelijk de
jongens en meisjes niet aan dezelfde tafels worden
geplaatst.
Art. 14.
Zij zijn gedurende den geheelen schooltijd in de
school tegenwoordig en op hun posl, en verlaten
dezen niet, dan om zeer dringende redenen.
Art. 15.
Alle bijzonderheden of opmerkingen van eenig
belang voor het onderwijs brengen zij onmiddellijk
ter kennis van het hoofd der school.
Behoudens spoedeischende gevallen geschiedt dit
buiten de schooluren.
Art. 16.
De onderwijzers zorgen voor de goede orde, niet
alleen gedurende de lessen binnen het schoolgebouw,
maar ook op de speelplaats, in de gangen, portalen,
privaten en waterplaatsenwelke beide laatste inrich-
tingen niet door twee leerlingen tegelijk mogen
worden bezocht.
Yoor de zedelijkheid der leerlingen wordt nauw-
lettend gewaakt.
Zij zorgen, dat de leerlingen zich gedurende den
schooltijd uitsluitend met hun schoolwerk bezighouden.