14 Dcccnibcr 10H. 11 ven in gevallen, waarin zij regelniatig toepassing vindt en onvermijdelijk is. Art. 17. (1). Wanneer de werkman wordt aangesteld om over- eenkomstig art. 16« te werken, moet op zijn werkrooster in elk etmaal een rusttijd van ten minste 12 achtereen- volgende uren voorkomen. ln elke periode van 5 weken moeten op dien rooster voorkomen twee rusttijden van ten minste 24 achtereenvolgende uren en twee rusttijden van ten minste 30 achtereenvolgende uren; van elk dezer vier rusttijden moeten ten minste 18 uren op den Zondag vallen. Burgemeester en Wethouders kunnen het hoofd van den dienst vergunnen, bij het samenstellen van een rooster volgens art. 16« en d van het voorschrift, in de vorige zinsnede vervat, af te wijkenhet bepaalde in het tweede lid van art. 9 is ook hierop van toepas- sing. (2). Wanneer de werkman wordt aangesteld om over- eenkomstig art. 16e te werken, bedraagt de gewone werktijd ten hoogste 180 uren in drie opvolgcnde weken en ten hoogste 12Va uur per etmaal. In elke periode van 3 weken moeten op zijn werkrooster voorkomen ôf twee rusttijden van ten minste 20 achtereenvolgende uren en één van ten minste 24 achtereenvolgende uien ôf wel één rusttijd van ten minste 30 achtoreenvolgende uren. Van elk dezer rusttijden moeten ten minste 12 uren op den Zondag vallen, waarbij als Zondag wordt beschouwd de tijd van 6 uur 's voormiddags van dien dag tot 6 uur 's voormiddags van den volgenden dag. Akt. 18. Voor werkzaamheden ten behoeve van het openbaar- of scheepvaart- verkeer of de openbare verlichting kun" nen door Burgemeester en Wethouders in de bijzondere

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1912 | | pagina 23