21 Mei 1912.
4
Spreker komt niet met dit voorstel, omdat het Dag.
Bestuur niet actief genoeg zou zijn, doch dit heeft
zooveel aan het hoofd, dat het voor het College aan-
genaam zal zijn als eene Tramcommissie bij het
werk helpt. Door de raadsleden in die Commissie
worden soms weer nieuwe ideeën gegfeven, die van
belang zijn.
De heer Van der Plas is het met den heer Dr.
Droog eens, dat de gemeente met een tram gediend
zou zijn, doch de vraag is, wie een tram zal leggen
n. I. of de gemeente dit zelf zal doen, of dat iemand
concessie daarvoor wil hebben. Men kan het noodig
oordeelen, maar dan is de tram er nog nlet; en al-
leen door de wenschelijkheid uit te spreken, zonder
zelf het werk uit te voeren als niemand de concessie
wil hebben, zou het werk der Commissie niet veel
geven
De heer Dr. Droog zegt dat er Maatschappijen
zijn, die trammen laten rijden, en aan die eens te
vragen, of ze het willen doen en onder welke voor-
waarden, is juist het werk der Commissie. Ook kan
zij de mogelijkheid overwegen, of de gemeente dit
bedrijf zelf zal exploiteeren. Verder durft spreker zich
niet uitlaten, dit wordt juist werk voor de Commissie.
De heer Preijde zegt dat er toch reeds een tram-
commissie bestaat, waarvan de heer Dr. Droog zelf
lid is spreker vraagt zich af, of het niet lastig zal
zijn, als wij in Heemstede een afzonderlijke Commissie
vormen.
De heer Dr. Droog zegt, dat die Commissie voor
het traject Haarlem-Leiden is spreker bedoelt nu meer
het lokaal verkeer te regelen. en gelooft dat het ge-
heel er eerder door tot stand zal komen de buren
als Bennebroek en Hillegom zullen zich ook moeiie
geven iets tot stand te krijgen, als ze zien dat de
tram hier komt.
De bestaande commissie stuit op verschillende moei
lijkheden, en kwesties als we daarop hier wachten,
zaj de regeling van het lokaal verkeer zeer lang uit-
blijven Als we hier iets gaan doen, is spreker er van
overtuigd, dat het een spoorslag geeft ook voor ver-
der op.
De heer Preijde merkt op, dat de Commissie hier
op dezelfde moeielijkheden zal stuiten als de bestaan-
de Commissie, waarop de heer Dr. Droog zegt, dat