8 Mei 1913. 7 - Art. 14. De Gemeente- opzichter wordt krachtens art. 5 zijner instructie belast met het voortdurend toezicht op de werkiieden en al de werken en eigendommen behoorende tot deze onroerende goederen. Totdat daaromtrent nader zal worden beschikt wordt als Raadgever om Burgemeester en Wethouders bij te staan in het beheer der onroerende goederen, aangesteld de Heer A. de Wilde. Aan hem kan door Burgemeester en Wethouders worden opgedragen voor de gemeente onderhands te verkoopen de opbrengst van niet verhuurde percee- Ien als vruchten, gras enz. tegen eene vergoeding van vijftien ten honderd van de koopsommen. Aan hem wordt in huur afgestaan tegen een som van f 1per week de thans door hem bewoonde tuinmanswoning met door Burgemeester en Wethou- ders aan te wijzen gebouwde aanhoorigheden, erf en teelland op door hen vast te stellen voorwaarden. Op de Gemeente begrooting zullen de inkomsten van en de uitgaven voor de in Art. 1 bedoelde on- roerende goederen elk zooveel mogelijk in één post gebracht worden met splitsing in de memorie van toelichting. Zij zullen dus evenzoo in de rekening verantwoord worden. Aan Burgemeester en Wethouders wordt de meest mogelijke bevoegdheid verleend tot het nemen van die maatregelen, welke zij in het belang van het gebruik en beheer der onroerende goederen noodig oordeelen. Gedaan ter openbare vergadering van den 8 Mei Art. 15. Art, 16. Art. 17. 1913. De Voorzitter, De Secretaris,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1913 | | pagina 33