2 Apriî 1914.
2.
bruikt door den heer Joh. C. Kuijken en van dezelfde
inwendige wijdte, dit riool te leggen op een houten vlot
bestaande uit twee naast elkaar gelegen houten platen,
zwaar 6A bij 15 cM., waaronder op afstanden van
hoogstens 1.50 M. houten dwarsliggers, zwaar 6.5 bij
16.5 c. M.; deze dwarsliggers elk op twee stuks paal
tjes, lang plm. 1 Meter en dik aan den kop plm. 12
c. M diameter het riool te leggen op nader door of
vanwege Burgemeester en Wethouders op te geven
diepte
4. dat het geheele gedeelte der gedempte sloot
voor den openbaren dienst zal worden bestemd en
dat met de demping niet zal mogen worden aange-
vangen, voordat het te dempen gedeelte sloot, om
niet en vrij van kosten aan de gemeente is overge-
dragen
5. dat voor afscheiding van het gedeelte terrein be-
stemd voor voortuin en het gedeelte gedempte sloot
overgedragen aan de gemeente, een hek zal moeten
worden geplaatst ten genoegen van Burgemeester en
Wethouders
6. dat op een aan te wijzen plaats door adressant
een straatkolk zal worden gesteld, groot 33 X 33 cM,
wegende 140 K G. en voorzien van stankkeering en
gelijk aan het model thans te Heemstede in gebruik
deze kolk met dubbel verglaasde gresbuizen wijd in-
wendig 15 c.M aan het riool aan te sluiten
7. dat voor zijne rekening door adressant al deze
werken volgens aanwijzing en ten genoegen van Bur-
gemeester en Wethouders zullen worden gemaakt en
voor zoover de onderhoudsplicht aan adressant blijft,
steeds ten hunnen geno:gen in goeden staat zullen
worden onderhouden.
8. dat door adressant worde overgelegd een geze-
gelue verklaring, dat hij deze voorwaarden kent en
zich daarnaar zal gedragen en de gemeente machtigt
bij niet- nakoming daarvan op kosten van adressant
of zijne rechtverkrijgenden van gemeentewege in het
gebrekkige te voorzien
Gedaan ter openbare vergadering van den 2
April 1914.
e Secretaris,