6 October 1914.
3
1
Onder de ontvangsten van den tol op den Binnen-
weg (en de Camplaan) is begrepen eene vaste opbrengst
van /150.per jaar, welke de stoomtram moest betalen.
De beide tolgaarders aan den Binnenweg en aan de
Camplaan zijn door ons van eene tijdelijke aanstelling
voorzien en zij hebben de betrekking aangenomen
wetende dat elk jaar de opheffing van dien tol te
wachten was. Bij aanneming van ons voorstel zal door
ons aan hen ontslag worden verleend met ingang van
1 Januari aanstaande.
De gaarder van den tol op de Leidschevaart en den
weg daarlangs is tegelijk met de overdracht van riie
eigendommen van de gemeente Haarlem overgenomen
als tolgaarder-wegwerker. Het ligt in de bedoeling
dezen evenals thans belast te laten met het innen van
rechten wegens het lossen op de losplaatsen langs de
Leidschevaart.
Daar echter wegens het vervallen van den tol zijne
werkzaamheden veel zullen verminderen, zouden wij
hem bovendien willen belasten met het innen van de
precariorechten ook op andere punten in de gemeente
en op de andere gemeentelijke losplaatsen, terwijl hij
verder nog behulpzaam kan zijn bij het onderhoud
der wegen. Hierom zouden wij willen voorstellen zijne
vaste inkomsten te behouden op /8.per week met
TOL.
Dienst-
jaar.
Ont-
vangsten.
Uit-
gaven.
Over-
schot.
Binnenweg
1910
1338.97
406.87
932.10
Binnenweg en Camplaan
1911
2514.78'
1042.69
1472.09'
idem
1912
2673.—
856.15
1616.85
idem
1913
2645.—
825.74
1619.26
Leidsche vaart en weg
daarlangs
1910
/789.80
/595.68
/194.12
idem
1911
„830.10
595.18
234.92
idem
1912
678.-
585.85
92.15
idem
1913
d
00
548.70
„231.30