6 October 1914.
5
De verhouding in de betaling der kosten a/5 voor
het Steuncomité en 3/g voor de Oemeente kan natuur-
lijk alleen bij benadering juist zijn. Toch meenen wij,
dat in ieder geval de gemeente niet te weinig betaalt,
als men op de waarde let van het te leveren werk.
Aanbesteding zou mede in verband met rentebesparing
naar onze overtuiging tot een prijs leiden, die zeker
niet hooger zou zijn, dan de gemeente nu zal betalen.
Waar wij van oordeel zijn, dat zooveel mogelijk gestreefd
moet worden naar een juiste verhouding tusschen de
arbeidsopbrengst en het uit te keeren loon, meenen
wij dat het door het Steuncomité bepaalde loon onder
de gegeven omstandigheden als redelijk mag worden
aangenomen.
De door het Steuncomité genoemde werken komen
ook ons als de meest aangewezene voor. Alleen mer-
ken wij op, dat het laatstgenoemde werk „Het dempen
van poelen en plassen in het gemeentedee! Bosch en
Vaart" geen gemeentewerk zou zijn, maar een werk
voor de eigenaars der perceelen, waarop die poelen
en plassen zijn gelegen, en dat het Steuncomité zich
dus ter zake tot die eigenaars zou hebben te wenden.
Hoe hoog de kosten zullen beloopen voor de Qe-
meente valt nu nog moeilijk te zeggen, omdat die
kosten minder afhankelijk zullen zijn van de nood-
zakelijkheid van uitvoering van werken dan wel van
de mate van den nood der tijden. Voor 1914 achten
wij echter een crediet van 6000.voldoende, waar-
voor eene suppletoire begrooting is ontworpen.
Het bedrag der geldleening dient echter hooger te
kunnen zijn, omdat daaruit ook eventueel in 1915
moet worden geput.
Die zouden wij, omdat er toch een maximum moet
worden gesteld, op 20.000.— gevoteerd willen zien.
De daarbij genoemde rente van 7 is ook eene
maximale. Wij vertrouwen, dat de leening wel bij
ingezetenen zal worden geplaatst beneden 5 omdat
bij zekerheid van aflossing en rentebetaling, de geld-
gevers toch ook het gevoel zullen hebben voorhunne
gemeente iets nuttigs te doen.
De aflossing kan plaats hebben te beginnen met
1916, in ten hoogste evenveel jaren, als er bedragen
van 1000,— van de leening zullen zijn opgenomen.