9 Maart 1917
De Leden blijven bij tusschentijdsche ontslagaanvrage
in functie. totdat hunne opvolgers hunne benoeming hebben
aangenomen
.laarlijks, op den Isten Dinsdag van September, treedt
één lid af volgens een door de Commissie op te maken
rooster, welke aan Burgemeester en Wethouders wordt
medegedeeld. De aftredenden zijn terstond herbenoembaar.
In tusschentijdsche vacatures wordt zoo spoedig moge-
lijk voorzien de tusschentijds benoemde treedt af op het
tijdstip van aftreden van zijn voorganger.
Art. 3.
De Commissie wordt bijgestaan door een Secretaris, door
Burgemeester en Wethouders te benoemen, te schorsen en
te ontslaan.
De Commissie doet voor de benoeming van den Se-
cretaris een aanbeveling aan Burgemeester en Wethouders
De Secretaris geniet een door den Raad te bepalen be-
zoldiging. Hij heeft in de vergaderingen der Commissie
een raadgevende stem.
Art. 4.
De Commissie brengt vöör 1 April aan Burg.meester
en Wethouders een verslag uit over de door haar in het
afgeloopen jaar verrichte werkzaamheden en dient bij
Burgemeester en Wethouders in een begrooting der kosten,
welke aan de uitvoering van de in artikel 1 bedoelde re-
geling zijn verbonden, alsmede een opgave dier kosten
over het voorafgaande jaar.
Art. 5.
De Commissie vergadert zoo dikwijls de Voorzitter dit
noodig oordeelt of dit door ten minste twee der overige
Jeden wordt verlangd In het laatste geval is de Voorzit-
1er verplicht binnen acht dagen eene vergadering te doen
uitschrijven.
Art. 6.
De vergaderingen worden door den Voorzitter belegd.
De Secretaris geeft, spoedeischende gevallen uitgezon-