27 April 19Î7.
62
maximum was gesteld en mocht dit hier ook het ee-
val zijn, dan spijt het Spreker zeer, maar de admini-
stratie kan daar geen rekening mee houden, voor dit
inderdaad gebleken is, Spreker kan echter met stel-
igheid verklaren, dat onbillijkheid tegenover part'cu-
lieren met heeft plaats gehad.
De heer Tromp antwoordt den Voorzitter, dat deze
bij het begin van zijne beantwoording over de popu-
laire uiteenzettmg, is heengestapt. Spreker betreurt
îj' want z'l was niet de wegwijzer, waarvoor zij werd
mtgegeven. In de vergadering van 9 Maart 1917 werd
'eî als, vrli gasverbruik gestelde maximum van 25
verhoogd tot 30 M3, waarbij tevens is gesproken
over het uitbreiden van de straatverlichting. Wat het
voorkomen van fouten op de meterkaart betreft dit
is na te zien bij gebruik over het vorig jaar, waârbii
1 midde11ijk moet worden ontdekt. En dan
vervolgt Spreker, is niet ieder genegen een brief te'
schrijven en die personen hebben de hun opgeleede
boete maar betaald. Kwamen zij dan met hunne kwi-
lantie aan de Gasfabriek, dan trof het hun. dat daar
zelfs de vestibule behoorlijk was verwarmd. Zelf kon-
den zij het eten nieî klaar krijgen en aan het bedrijf
werd het gas misbruikt. Spreker zal een geval mede-
deelen van een bepaald persoon, 't geen in Februari
is voorgekomen.
De Voorzitter zegt, dat men liever geen bepaalde
personen moest aanhalen.
De heer Tromp antwoordt, dat hij dan zijn eicren
geval wil mededeelen, waarbij dezelfde fout te consta-
teeren valt Hij vindt het verkeerd dat de een 80 M3
gebruiken mag en de ander slechts 30 M3
^e ^ootzitter merkt op, dat men Burgemeester en
Wethouders dit mmmer mag verwijten, want zij moe-
ten de verordening van den Raad uitvoeren.
De heer Tromp vraagt, waarom er dan uitzonde-
nngen worden gemaakt, waardoor de een tweemaal
zooveel gebruiken mag als de ander
De Voorzitter zegt, dat het niet de schuld is van
Burgemeester en Wethouders, maar van de verordening.
heer Tromp meent, dat bij rantsoeneering ieder
evenveel krijgen moet van een bepaalde zaak. En dan
s toegezegd, dat niet te snel tot beboeten zou worden
overgegaan, juist omdat het den Raad niet te doen
was om geld binnen te krijgen.
