89
n
yMk,
26 November I9l8
- 6
en 11 zal van tijdelijke onderwijzers gedurende den
verloftijd, volgens die artikelen het geheele salaris wor-
den ingehouden, met dien verstande, dat in geval van
verlof wegens ziekte, het salaris ten hoogste gedurende
een maand kan worden uitgekeerd.
Algemeene bepalinoen.
Art. 13.
1. Waar deze verordening niet uitdrukkelijk van
mannelijke onderwijzers spreekt, worden met „onder-
wijzers" evenzeer „onderwijzeressen" bedoeld.
Het onderwijzend personeel moet voor zijne aanstel-
ling door den aangewezen gemeentearts geneeskundig
onderzocht en geschikt zijn bevonden,
Voorloopipe vastsielling pensioensgronüslag.
Art. 14.
1. De pensioensgrondslag van het personeel ge-
noernd in art. 1 zal voorloopig bedragen het bedrag
der belooning vermeld in dat artikel, eventueel ver-
meerderd met het bedrag, waarmede de belooning
wegens doorgebrachte dienstjaren is verhoogd en te-
gemoetkomingen genoemd in art. 3 sub 1, 2 en 3
dezer verordening.
In werking treding.
Art. 15.
1. Deze verordening wordt geacht in werking te
zijn getreden op 1 Januari 1918 op welken dag ge-
acht wordt te zijn vervallen de „verordeningregelende
de jaarwedden van het Hoofd en verder onderwijzend
personeel der Openbare Lagere School in de gemeente
Heemstede, vastgesteld 27 April 1917.
2. Deze verordening zal vöör 1 Januari 1928 wor-
den herzien.
Gedaan ter openbare vergadering van den Raad
der Gemeente Heemstede, den 2b November 1918.
De Voorzitter,
De Secretaris,