26 November 1918
164
Tates ondersteunen, om het loon van alle werklieden
met f 2.70 oer week te verhoogen.
De heer Van der Plas vraagt, of het de bedoehng
is ,och den geh elen duurtetoeslag te laten bestaan
De heer Tromp wijst er op, dat de prgzen van vele
artikelen bijv. een potje schoensmeer, belangrgk z.jn
t0eDeenhTeTDr. Droog vraagt, of sedert de laatste
loonregeling het levensonderhoud nog duurder
&eDe0rVoorzi««er antwoordt, dat dit we. eenigszins^het
geval is en dat dit juist het motief is om den duur e
foeslag te verhoogen. Spreker heeft hoop, dat de pr^
zen nu weer wat zullen dalen en dat er spoedig wee
normale tijden zullen komen de Jlu,^«'nnen
erg verschillend en daarom gevoelt spreker tha
meer voor een duurtetoeslag, dan voor een vas.e
l0ODeVheer°fromp wil de werklieden per week f 2 -0
meer geven en bovendien den duurtetoeslag.
De Voorzitter zegt, dat de loonen v.n de werklte-
den toch nas ziin herzien,
De heer Tromp antwoordt, dat dit met in die ma
is trebeurd als voor de ambtenaren.
De Voorzitler zegt. dat ze over het algemeen wel
met de loonregeling tevreden waren.
De heer Tromp antwoordt, dat de ambtenaren we
tevreden waren, maar niet de werklieden. Somm.ge
amblenaren hebben e, I 900 f 600 e„ t 40O bpkre-
gen zeli's het loon van den jongsten bediende a
de üasfabriek werd met f 100,- verhoogd
De heer Dr. Droog merkt op, dat de ambtenaren
ook veel te weinig verdienden.
De Voorzitter zegt, d.t de Gemeente-werkl.eden
ook een aardige verhooging hebben g^regen^
De heer Tromp Zegt, dat ze bij andere Üemeent
16 DaeChheererS,Kanp,eijn zegt, d.t op het oo^nblik de
kwestie van de arbeiders aan de orde ts^ De u.tdruk
kingen van den heer Tromp omtrent de ambtenare
îebben spreke, gegrield de heer 1«
iets niet zeggen. Het is geen normale tljd en daarom
geen tiid voor loonsverhooging de menschen m -
fen genoeg hebben, maar omdat geen vaste maatslaf