2
D. Openbare Werken.
Verordening van 27 Maart 1918, no. 22.
1. Gemeente Opzichter 3200.3800.
2. Adjunct-Opzichter 2550.3000.
3. Administratief Ambtenaar 1850.2300.
E. Politie.
Verordening van 27 Maart 1918, no. 23.
1. Inspecteur3200.3800.
2. Hoofdagent2150.2600.
3. Agent le klasse 1850.2300.
4. Agent 2e klasse 1800.2250,-
F. Bode-Concierge.
Verordening van 27 Maart 1918, no. 34.
1. Bode-Concierge f 1900.2350.
G. Concierge Dienstgebouw.
Verordening 8 Mei 1913, gewijzigd 1 Maart 1916
en 28 Maart 1919, no. 27.
1. Concierge 200,—
2. Te laten vervallen de bepaling omtrent het toe-
kennen van eene tegemoetkoming in de huishuur ten
bedrage van 100.per jaar.
3. Aan de sub. 1 genoemde verordeningen toe te
voegen, de volgende bepaling:
De ambtenaren genieten voor elk kind beneden
15 jaar, te beginnen met het 3e kind, een kindertoe-
slag van 0.50 per week.
4. Aan de sub 1. C genoemde ambtenaren toe te
voegen de volgende categorie met de daarachter ver-
melde loongrenzen:
9. Opzichter1900.2200.
en te bepalen, dat voor deze categorie ten opzichte
van de periodieke verhoogingen hetzelfde zal gelden
als voor de categorie „Werkmeester" is geregeld.
5. Te bepalen, dat de jaarwedden van den Ge-
meenteopzichter en den Inspecteur van Politie, respec-
tievelijk geregeld in de verordening sub 1 D en 1 E,
telkens na volbrachten tweejarigen diensttijd met100.
zullen worden verhoogd.