5 Augustus l9l9.
59
De heer de Wilde gelooft, dat de straatmaker geheel
los staat. Het hindert niet a!s deze meer verdient dan
de anderen.
De Voorzitter zegt, dat men het verband tusschen
de werklieden moet behouden,
De heer de Wilde antwoordt, dat de straatmakers
altijd een goed loon verdienen
De Voorzitter zegt, dat hij 's zomers en 's winters
cen vast loon heeft. Bij particulieren mag het loon
daarom hooger zijn, maar daar wordt enkel 's zomers
erdiend.
I)e heer de Wilde verzoekt verder om den voor-
man-werkman bij paden en wegen geiijk te stellen
rnet den vc-orman bosch- cn plantsoenwerkcr.
De Voorzitter antwoordt, dat deze voorman een
onderbaas boven zich lieeft, en derhalve minder ver-
antwoordelijk is.
üe heer de Wilde zegh dat de voorman bij paden
en wegen met 10 12 rr.enschen ircet werken en dat
de onderbaas niet altijd bij het werk is Die man
heeft dus ook wel degelijk vei'antwoordelijkheid. I e
voorman bosch- en plantsoenwerker heeft gewoonîijk
maar een klein personeel, hoogstens 2 3 menschen
onder zicli.
De Voorziiter zegt, dat de verhouding tusschen de
onderbazen is genomen overeenkomstig het advies van
den Gemeente Opzichter. De Raad is natuurlijk vrij
daarin verandering te brengen.
De heer de Wilde zou verder den doodgraver in de
loontabellen wiilen vermelden. De tegenwoordige
doodgraver zou vier jcar geleden a! voor vast worden
aangesteld, doch dit is nog niet gebeurd.
De Voorzitier wijst er op, dat een reorganisatie van
de begraafplaats zal moeten plaats hebben, waarmede
tevens in verband staat de bouw van eene doodgra-
verswoning en eene aula. De tegenwoordige docdgra-
ver is een gewoon werkman, die boven zijn gewone
loon een vergoeding voor elk graf ontvangt. Mocht
deze werkman voor vast tot docdgraver worden be-
noernd, dan kan hij nog altijd op de loontabeüe
gebracht worden
De heer de Wilde acht het beter hem er nu al vast
op te zetten.
De heer Peeperkorn acht den tijd nog r.iet gekomen
