27 November 1919.
145
De heer Jhr. van de Poll zegt, dat de questie alleen
komt, als de onderwijzeres huwt, bij de benoeming is
ze niet gehuwd.
De heer Honig- is van meening. dat men in één
maand geen oplossing krijgt. Spreker was tegen de
gehuwde onderwijzeres, maar de meerderheid heeft
haar toegelaten. en op die basis zijn sollicitanten op-
geroepen. Een maand uitstel geeft niets.
De heer Breed zegt, dat er geen weg was om de
gehuwde onderwijzeres er uit te krijgen.
De heer Tromp merkt op, dat er nu wel een weg
blijkt te zijn.
De heer Honig zegt, dat wanneer na een maand de
zaak niet opgeschoten is, liet niets is dan schade voor
het onderwijs.
De Voorzitter deelt mede, dat deze juffrouw half
Januari in functie zal kuni en komen.
De heer Tromp zegt, dat binnen een maand de
questie misschien opgelost is.
De heer Breed is tegen de gehuwde onderwijzeres
in de school.
Spreker vindt echter, dat het niet goed is om voor
deze sollicitanten verandering in de voorwaarden te
brengen.
De heer Jhr. van der Poll stelt voor de beraadsla-
ging te sluiten.
üe Voorzitter vraagt den heer Tromp zijn vooistel
îe willen herhalen.
De heer Tromp stelt voor de benoeming een maand
uit te stellen en in dien tusschentijd aan de onderwij-
zeres mede te deelen de bepaling. dat aan de benoeming
de voorwaarde wordt vast geknoopt. datzij bij huwelijk
ve'rlof krijgt zonder salaris
De heer van U en wijst op het bezwaar, dat het
besluit tot uitstel dan tevens zou inhouden, de opneming
van de besproken bepaling.
De heer Tromp handhaaft zijn voorstel.
Het voorstel van den heer Tromp wordt in stemming
gebracht in verworpen met 8 tegen 5 stemmen Voor
stemden de heeren Tromp, Preyde, Dr. Droog, Honig
er. van der Erf.
Hierna wordt overgegaan tot de benoeming van een
onderwijzeres.
De uitslag der stemming is, dat 13 stemmen zijn
uitgebracht op Mej ti, Ritman, zoodat deze, ingeval