27 November 1S19.
- 150
De Voorzitter deelt mede, dat volgens den Minister
de woningen niet voor langer dan een jaar verhuurd
mogen worden.
De heer Honig vreest, dat de zaak niet rendeeren
zal en dat de gemeente met 40 50 huizen zou kun-
nen blijven zitten.
De Voorzitter zegt, dat juist aan dit soort huizen
groote behoefte is
De heer Honig zegt dat de menschen ook kunnen
weggaan en vindt het slagen van het plan voor de
gemeente een heel risico.
De Voorzitter zet uiteen, dat de menschen een on-
derdak moeten hebben en dat de uitgaven van de
Vereeniging moeten worden gedekt door de huur.
Verder heeft de gemeente een meerdere opbrengst uit
belastingen en de Bedrijven.
De heer honig zegt, dat de risico voorde gemeente
dus niet groot wordt geacht.
De heer Dr. Droog zegt, dat dezelfde risico cck
bestaat bij den bouw van arbeiderswoningen
I 'e Voorzitter deelt mede, dat bij arbeiderswoningen
van slechts ongeveer 50 pCt. van het kapitaal rente
betaald wordt.
De heer Jhr. Van de Poll meent, dat de heer Homg
doelt op het geval, dat de gemeente-financiën ersiecht
voor zouden staan en er een uittocht van gegoeden
zou plaats vinden,
De Voorzitter acht het risico niet groot, zoolang er
maar menschen zijn, die f 500.f 700. kunner.
verwonen. Als alles duur is, dan is juist de loeloop
voor kleinere huizen groot.
De heer Waller zegt, dat volgens het praeadvies »b
woningen zullen worden gebouwd. Spreker viaagt, of
het in de bedoeling ligt, dat deze binnen afzienbaren
tijd bijv 2 3 jaar klaar zijn.
De Voorzitter antwoordt, dat het de bedoeling is, ze
zoo gauw mogelijk te bouwen
De heer Waller gelooft niet, dat het ooit een groote
strop voor de gemeente kan worden. De bijdrage be-
draagt een kleine f 1500 per woning.
De woningen representeerden in 1914 een waarde
van f 6000.Gaat men na, dat de bouwsom nu on-
geveer 2maal zooveel is als toen, dan zijn het hui-
zen van f 15000.pcr stuk. Dit is een uitstekend slag
van huizen een huursom van 6 f 700. is wel te