27 Msvember 1919.
- 164
gaan iemand valt, dan zou hij ernstig in overweging
willen geven verbetering aan te brengen.
De heer Dr. Droog had hetzelfde willen zeggen.
Hij gaat dikwijls over dat brugje, maar 't valt heusch
niet mee, daarom zou hij verbetering toejuichen.
!)e Voorzitter zegt, dat er al meer over gesproken
is en dat daarbij gewezen werd op het meerder gevaar
voor de tram. Wanneer de Raad uitmaakt, dathetmet
het oog op het gevaar wel kan, dan heeft spreker er
geen bezwaar tegen.
De heer Van Unen stelt voor verbetering aan te
brengen.
De hcer Honig vraagt, of de heeren er geen gevaar
meer in zien.
De Voorzitter deelt mede, dat het gevaar bestaat in
het vaartje waarmee men dan naar beneden zai gaan.
I)e heer Van Unen zegt, dat rnen nu ook een vaartje
krijgt want men valt naar beneden.
De heer Peeperkorn vraagt, of het voor de menschen
niet wenschelijk is een klein eindje om te rijden.
IJe heer Van Unen wil, nu het brugje er is, ditook
zoo practisch mogelijk maken.
De heer Tromp vindt het brugje heelemaal niet
practisch.
Algemeen wordt goedgevonden het brugje te ver-
beteren, waarna volgno. 115, zoomede volgno. 116
zonder hoofdelijke stemming ongewijzigd worden
vast^esteld.
Bij volgno. 117 vraagt de heer Vring, om een
urinoir te p'aatsen bij het wachthuisje van de tram
aan de Camplaan Spreker vindt dit zeer noodzakelijk
want tegenwoordig gaat- daar iedereen zijn gang maar.
Hij weet niet, of deze kwestte bij dit volgnuinmer be-
i.oort, doch hij nteende dit het best te kunnen thuis-
brengen bij „andere waterwerken".
De Voorzitter deelt mede, dat reeds besloten is op
dit punt een urinoir te plaatsen.
De heer Dr. Droog vraagt. of zachtjes aan de tijd
niet gekomen is om de Leidschevaart te verbinden
met het Spaarne.
De Voorzitter antwoordt,, dat de heer Tromp daar
bij de algemeene beschouwingen reeds op gewezen
1 eeft;
Ook dit volgnummer wordt onveranderd goedgekeurd.
De heer Tromp krijgt van den Voorzitter verlof om