20
27 Februari-1920.
- 4
Art. 10.
Na het openen van elke vergadering worden. zoo
mogelijk de notulen der voorgaande vergadering door
den Voorzitter aan de goedkeuring van de vergadering
onderworpen.
Art. 11.
I)e leiding der werkzaamheden en de handhaving
der orde in de vergadering berust bij den Voorzitter.
Qeen lid voert het woord, dan na het van den
Voorziiter verzocht en verkregen te hebben.
Ue Voorzitter verleent het woord in de orde, waar-
in het gevraagd is.
Geen lid mag over één onderwerp meer dan twee-
maal het woord voeren, tenzij met verlof dcr vergade-
ring. Deze bepaling is niet van toepassing op den
Voorzitter, den Secretaris, noch op een lid, dat een
door hem ingediend voorstel verdedigt.
Art. 12.
Indien een spreker zich onvoegzame uitdrukkingen
veroorlooft of de orde stoort, wordt hij door den
Voorzmer tot de orde geroepen en kan hem zoo
noodig het woord worden ontnomen.
Ter handhaving van de orde kan de Voorzitter de
vergadering voor een door hem te bepalen tijd schorsen,
Art.. 13.
De Secretaris is belast met het voeren van alle
correspondentie, van de Comrnissie uitgaande.
Hij neernt afschrift van alle uit te zenden stukken.
Hij houdt notulen en verleent daarvan desgevraagd
inzage aan de leden en plaalsvervangende leden der
Commissie,