9 September 1920
- 184
gerd en men moet ook niet vergeten, dat niet allen
een even goede opvoeding hebben genoten om op
komma's, komma- punten enz. te letten. Hetkomt z i.
meer aan op de bedoeling van het adres. Het treft
spreker eigenaardig, dat de heer Van Unen thans komt
met het spook der belastingen. Spreker zou willen
vragen, of het weizijn van Heemstede drijft op de
lage loonen van haar arbeiders. Stelt men zich op dat
standpunt, dan is het a! lieel min gezien. Wat den
kindertoeslag betreft is in het voorstel van Burgemees-
ter en Wethouders geen vaste lijn, terwijl in den
vacantietoeslag geen lijn te vinden is.
Burgemeester en W'ethouders steilen voor geen kinder-
of vacantie toeslag te geven, maar besluit de Raad die
toeslagen wel te geven, dan geven zij in overweging
ook vacantiegeld voor alle kinderen te geven. Een
juiste Iijn is in dezen nergens te vinden.
De heer Van Unen heeft hoog opgegeven over de
percentsgewijze Ioonsverhoogingen sedert 1915. Spre-
ker heeft zelf de begrootingen van 1917 nagegaan en
hij meent, dat de cijfers voor de am'otenaren dan nog
veel ongelukkiger zijn. In 1915 waren de prijzen nog
niet noemenswaard hooger, maar de groote duurte is
gekomen na 1917. Hij heeft al heel wat critiek op de
voorstellen gehoord, maar nog niemand met hoeveel
percent de noodzakelijke levensbehoeften zijn gestegen.
Wanneer hij de loonen nagaat, dan spreekt hij uit er
varing, dat liet met die regeling voor de werklieden
nog geen vetpot is Hij verwondert zich ook thans
weer over de bescheidenheid der werklieden. Spreker
noemt liet een eigenaardigheid, dat de voorman bosch-
en plantsoenwerker in loonklasse VII de bosch- en
p'antsoenwerker in loonklasse II staat en dat de baas
is ingedeeld cnder de ambtenaren. Verder wil spreker
n g even noemen den straatmakerdeze heeft 29
dienstjaren, verdiende in 1917, f 900.en komt thans
op f 1600dus nog geen 100 pCt ineer. Het vorige
jaar is sprekers voorstel om alle loonen met 5 cent
per uur te verhoogen verworpen met 5 tegen 7 stem-
men. De Raad heeft toen ingezien en gevoeld, dat de
Ioonen voor de werklieden te laag waren en heett
daarna, op voorstel van den heer van der Erf, een
kindertoeslag verleend, alleen voor de werklieden.
Spriker vindt dat men thans geen critiek behoeft uit
te oefenen op de bescheiden wenschen der werklieden.
