9 September 1920 201 De heer de Wilde zegt, dat de heer Tromp bezwaar heeft tegen de verhoogingen van de ambtenaren. maar wel was deze het eens, dat een loon naar behoefte moet worden gegeven en spreker is overtuigd, dat het bestaande te kort is. De heer Tromp verklaart alle hoop te hebben op de volgende vergadering, dat er nog kindertoeslag komt. üe Voorzitter zou thans willen beslissen, over het voorslel Tates om een agent van politie in salaris ge- lijk te stellen met een adjunct- commies. De heer Breed zegt, dat in dat geval dus de ovei- uren zullen vervallen. i'e Voorzitter vindt, dat het moeilijk te zeggen is, of dit wel mogelijk is Ue heer Tates .zegt, dat wanneer een agent van huis gehaald wordt, dit er buiten gelaten moet worden. De heer Dr Droog wijst er op. dat de regeling van den dienst voor de politie berust hij den Inspecteur en bij het Hoofd der politie, zoodat alleen eene wen- schelîjkheid zou kunnen worden uitgesproken. De heer de Wilde kan het voorstel van den heer Tates niet steunen Men heeft niet het recht iets te zeggen over d.j dienstregeling voor de politie. Het voorstel van den heer Tates wordt niet onder- steund. Ue heer Van Unen vraagt, of hij mag aannemen, dat aan Openbare Werken wordt toegevoegd de cate- gorie kantoorbediende op een salaris van f 1100 i 1500 Dit wordt algemeen goedgevonden. De heer Van Unen vraagt verder om het loon van den bode- concierge te splitsen. De heer Dr. Uroog vindt dit een moeilijk geval, omdat het dien persoon heel wat zal schelen in pen- sioen. De heer Van Unen wil wel het loon geven, maar in een anderen vorm. Wanneer men een werkman in dienst heeft met een zoon, dan geeft men toch ook niet aan den vader het loon voor beiden. De heer Dr. Droog zegt, dat dit een bijzonder geval is. De bode- concierge was vroeger politieagent. De Voorzitter vindt ook, dat dit speciale geval een speciale behandeling behoeft.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1920 | | pagina 39