16 FEBRUARI 1922. De Voorzitter licht toe, dat het hier betreft de af- trek voor noodzakelijk levensonderhoud, wanneer beide echtgenooten in den hoofdelijken omslag zijn aange- slagen. Volgens de verordening zou de aftrek maar eenmaal plaats hebben en wel bij den aanslag van den man, maar Ged. Staten willen dien aftrek ponds- jiondsgewijze verdeelen over den man en de vrouw, hetgeen zij meer in overeenstemming vinden met de wet op de Rijksinkomstenbelasting. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten con- form het voorstel van Burgemeester en Wethouders. Bij de rondvraag zegt de heer Breed, dat het hem bij den tegenwoordigen dooi en nattigheid is opge- vallen, dat een man van de tram de gewoonte heeft met een schopje het vuil uit de rails te halen en dit op hoopen te gooien tegen den kant van het trottoir. Dikwijls liggen die hoopen vuil dicht bij het riool, zoodat het daarin spoelt en het riool verstopt. Blijft het liggen, dan is het ook een vuile boel en stapt men daar met lage schoenen in dan schejat men ze over. Ue Vocrzitter wil dit wel eens onder de aandacht van de tramdirectie brengen. Er is riatuuriijk veel be- zwaar tegen om dit vuil in de afvoergoten te gooien. De heer Waller zegt, dat dit vuil niet zulke erg groote hoopen vormt en niet direct bij een riool of kolk zal worden gelegd. Spreker zou den heer Breed in overweging willen geven er overheen te stappen. De Voorzitter vindt, dat dit vuil soms wel hinder- lijk kan zijn. De heer Tromp verwondert zich over de opmerking van den heer Breed. 't Is vuil, dat anders op de straat zou liggen. In de eerste plaats komt het weer vet terug en in de tweede plaats zou, als de tramman dit niet zou doen, een gemeentewerkman dit vuil moeten weghalen, omdat vuile straten toch niet gewenscht zijn. Men moet het dan ook toejuichen, dat dit vuil reeds op hoopjes is gelegd. De Voorzitter zegt toe, deze zaak eens te zullen bekijken. Daar niemand meer het woord verlangt schcrst de Voorzitter de Openbare Vergadering om over te gaan in eene met gesloten deuren. Na heropening der Openbare Vergadering wordt nog ongewijzigd vastgesteld het 4e. Suppletoir kohier 'van den hoofdelijken omslag, dienst 1921 22, door Burgemeester en Wethouders opgemaakt tot een totaal bedrag in aanslag van f38.373,40 op8 belastingplichtigen Hierna sluit de Voorzitter de Vergadering na de leden voor hunne aanwezigheid te hebben bedankt. De Secretaris, De Voorzitter, 4

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1922 | | pagina 7