■HHBHZ
18 JANUARI I923
De Voorzitter denkt, dat de meeste muntgasver-
bruikers een vasten winkelier krijgen waar ze de
penningen koopen.
De heer Vring deelt mede, dat sommige wmkehers
in eens voor f 28.inkoopen. Hij vindt, dat ze daar-
van noodig 5 of 3 pCt. winst mogen hebben.
De Voorzitter antwoordt, dat hij tot nog toe geen
klachten heeft gehad dan een schriftelijke klacht uit
Bennebroek. Ook bij den Directeur zijn geen klachten
ingekomen
De heer Vring vraagt, of er ernstige bezwaren zijn
om een kleine winst te geven. 't Is toch in het belang
der burgerij, dat op zooveel mogelijk plaatsen pen-
ningen verkrijgbaar worden gesteld.
De Voorzitter herhaalt anders geen klachten te heb-
ben gehoord. i'e winkeliers zijn geheel vrij, wanneer
ze geen penningen meer willen verkoopen. Spreker
wil den Directeur nog wel eens vragen, of deze ern-
stige klachten heeft gehoord.
Voetpad De heer Preijde wijst op het voetpad langs de
Kerklaan. Kerklaan b;j de R.K. Kerk. In dit voetpad liggen kui-
len en gaten en bij avond is het daar vooral voor
oude menschen gevaarlijk.
De Voorzitter deelt mede, dat van andere zijde hier
ook al over geklaagd is. De Gemeente Opzichier zou
er voor zorger om het in orde te brengen. Spreker
za! daar nog eens aan herinneren.
Toestand De heer jates zegt at weer te nroeten spreker over
Leidsche- den Leidschevaartweg. L>e bestrating bij het viaduct
vaartweg. is onhoudbaar. Er zitten verschrikkelijke kuilen in en
de toestand is meer dan bar.
De heer Van Unen zegt, dat dit door de voorge-
nomen bestrating terecht komt.
De heer Tates zou het geen luxe en weeldevinden
wanneer daar binnenkort verandering in komt.
Dé Voorzitter zal dit eens overwegen.
De heer Van der Erf zegt, dat hem ter oore is ge-
werkver- komer|; dat er gehuwde werkloozen zijn, die nog met
schaffing aan werk zijn gezet. Men steh zich zeker op het
gehuwde standpunt, dat deze eerst uitgetrokken moeten zijn
werklieden voor ze werk krijgen. Spreker gelooft niet, dat dit de
bedoeling van het raadsbesluit is als dit wel het ge-
val is, dan had spreker zijn stem er niet aan willen
geven. In de eerste plaats is de steun uit de kas niet
voldoende en bovendien kan zoo'n werkman dan aan
't eind van 't jaar geen steun meer uit de kas krijgen.
Hij vindt het niet een goeden weg om eerst de kas
uit te putten. Sprekers indruk was, dat de gehuwde
werkloozen zich direct konden aanmelden voor werk
en niet behoefden te wachten tot zij uitgetrokken zijn.
■ÉMMMi -