mocht werken, terwijl deze nu baasje gaat spelen. Spreker vraagt, waarom dit aan een gemeente-ambte- naar is gegeven. Er had toch altijd nog wel iets voor de gemeente in gezeten. Drinkwa- Ten slotte vraagt de heer Jorritsma om te voorzien ter haven in de behoefte aan drinkwater bij de haven. De haven is prachtig, maar de menschen moeten zich bij parti- culieren vervoegen om een beetje drinkwater. Hij vindt, dat deze menschen, die toch ook havengeld betalen, wel recht hebben op een beetje water. De Voorzitter antwoordt, dat de voorstellen genoemd in het rapport van de Oudercommissie door Burge- meester en Wethouders worden overwogen. De zaak is niet zoo eenvoudig om daarover spoedig advies te kunnen uitbrengen Wat betreft het onbewoonbaar verklaren van woningen, zal spreker onderzoeken in hoeverre verzuim is gepleegd. Hij meent zich te her- inneren, dat daaromtrent iets in de Huurcommissiewet is geregeld. Het aanbrengen van een drinkwatervoor- ziening bij de haven kan heel spoedig worden tege- moet gezien. In de Commissie voor de Bedrijven is deze zaak reeds besproken. Wat ten slotte betreft het afbreken van woningen aan de Camplaan, deelt spre- ker mede, dat deze woningen voor afbraak cadeau zijn gegeven, omdat de kosten van afbraak duurder zouden zijn dan de opbrengst zou bedragen. De heer Jorritsma vindt dit geen antwoord op zijn vraag, waarom de woningen cadeau zijn gegeven aan een ambtenaar. Waren ze aan een ander gegeven, dan zou hij er nog vrede mee kunnen hebben. De Voorzitter deelt mede, dat deze persoon een aanbod heeft gedaan om de boel kosteloos op te ruimen. De heer Jorritsma zegt, dat onlangs de schilder van de gasfabriek ook eens bij een ander schilderwerk heeft verricht. De bond van schilderspatroons is daar tegen op gekomen en toen mocht hij daar niet mee doorgaan. Spreker vindt dit goed, omdat die schilder als gemeente-werkman zijn loon ontvangt. Spreker vindt het daarom niet goed, dat de gemeente nu zelf zoo iets gaat doen. De Voorzitter zal eens vragen aan bouw- en wo- ningtoezicht waaroni zij deze persoon hebben voor- gedragen. De heer Jorritsma zegt, dat het toch een besluit van Burgemeester en Wethouders is. Hij begrijpt daarom niet, waarom Burgemeester en Wethouders nu weer aan bouw- en woningtoezicht moeten vragen. Spreker vindt, dat er bij die bedrijven eigenaardige toestanden heerschen. De Voorzitter vindt, dat daar dan maar eens op gewezen moet worden. De heer Jorritsma antwoordt, dat dit ook zijn be- doeling is. 4 SEPTEMBER 1923 132

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1923 | | pagina 19