94
25 OCTOBER 1923
Burgemeester en Wethouders, de huur niet minder zal
bedragen dan f 4.per week behalve voor de 5
kleinste woningen
13. dat de Vereeniging, zoolang Burgemeester en
Wethouders dit wenschelijk achten aan de gemeente
het recht van voorkeur moet geven op de huur van
tien woningen ten behoeve van door Burgemeester
en Wethouders aan te wijzen personen deze perso-
nen moeten wat hun inkomen betreft voor het bewo-
nen van deze woningen in aanmerking komende
huurprijs, dien deze personen aan de Vereeniging te
betalen hebben wordt op gelijke wijze vastgesteld,
ais ten aanzien van particuliere huurders geschiedt.
Burgemeester en Wethouders bepalen in overleg met
het Bestuur der Vereeniging welke personen als huur-
ders dezer woningen in aanmerking komen, zoomede
de soort en de ligging dier woningen.
Achten Burgemeester en Wethouders het niet noo-
dig, dat dadelijk het geheele aantal woningen waar-
voor voorkeur is bedongen, voor bedoelde personen
beschikbaar wordt gesteld, dan kunnen de niet dade-
lijk benocdigde woningen aan particulieren worden
verhuurd. Blijkt het later noodig over het volle aantai
te beschikken, dan geven Burgemeester en Wethou-
ders daarvan aan de Vereeniging kennis, die dan
verplicht is de eerst vrijkomende woningen te verhuren
aan personen, als hiervoor bedoeld, totdat het volle
aan'al bereikt is.
fluurderving, tengevolge van leegstaan van een
beschikbaar gestelde woning, wordt, zoolang Burge-
ïtieester en Wethouders niet hebben verklaard, dat
de woning voor het vervolg niet meer voorbedoelde
personen beschikbaar behoeft te worden gehouden,
door Burgemeester en Wethouders aan de Vereeniging
vergoed.
De Vereeniging heeft het recht tot huuropzegging
indien de huurder de huurvoorwaarden niet nakomt
of door wangedrag van hem of zijn gezin of door
slechte bewoning daartoe aanleiding geeft
14. dat bestek en voorwaarden der te stichten
woningen aan de goedkeuring van Burgemeester en
Wefhouders zijn onderworpen
15. dat in het vervolg geen onroerend goed mag
worden aangekocht zonder goedkeuring van Burge-
meester en Wethouders
16. dat bij vervreemding of bezwaring van onroe-
rende goederen der Vereeniging zonder goedkeuring
van Burgemeester en Wethouders of anders van
Gedeputeerde Staten, het Bestuur aan de Gemeente
zal verbeuren een bedrag van f 2000.—waarvoor de
leden van het Bestuur hoofdelijk ieder voor een ge-
heel aansprakelijk zullen zijn, onverminderd het recht
der Gemeente, om, zoo daartoe termen zijn in plaats
van die geldboete schadevergoeding te eischen en