25 OCTOBER 1923
GEMEENTEREKENING.
De gemeenterekening over het jaar 1922 sluit, voor
zoover den gewonen dienst betreft in
ontvangsten met f 1.933.290.79
uitgaven met „1.731.125.41
met een batig saldo op den gewonen
dienst van f 202.165.38
en voorzoover den buitengewonen dienst betreft in
ontvangsten met f 3.102.930.34|
uitgaven met „4.360.289.22^
nadeelig saldo derhalve f 1.257.358.88
De totale ontvangsten bedragen f 5.036.221.13.1
uitgaven „6.091.414.63.1
nadeelig saldo f 1.055.193.50
De Financieele Commissie geeft in overv/eging de
gemeenterekening ongewijzigd voorloopig vast te stel-
len en spreekt daarbij de wenschelijkheid uit, dat
regelmatig wordt nagegaan in hoeverre door familie-
leden e.a. kan worden bijgedragen in de ten laste van
de gemeente komende verpleegkosten van krankzin-
nigen.
Zij stelt voor van den staat van oninbare en nog
te verhalen posten tot een totaal bedrag van f 15.833.11
oninbaar te verklaren een bedrag van f 2079.02 en van
den staat van oninbare en nog te verhalen posten van
den Hoofdelijken Omslag, totaal groot f44.050.27.j,
oninbaar te verklaren een bedrag van f 1295.51.
De Commissie stelt voor van het batig saldo op
den gewonen dienst bedragende totaal f 20i. 16 >.38 te
reserveeren op den dienst 1923, f 80.000, zoodat op de
begrooting voor 1924 kan worden gebrachi een be-
drag van f 122 165.38.
De Voorzitter zegt dat Burgemeester en Wethouders
den wenk,- betreffende bijdragen voor krankzinnigen
ter harte zullen nemen. Onderzocht zal worden of de
familie meer kan bijdragen.
De heer Van Unen zegt, dat het voorstel tot ver-
deeling van het batig saldo over de dienstjaren 1923
en 1924 van eenigen invloed kan zijn op de debatten,
die later over het vermenigvuldigingscijfer zullen wor-
den gehouden. Spreker vraagt, of het daarom niet
mogelijk is, nu nog niet over het saldo te beslissen.
De Voorzitter vraagt, wanneer de heer Van Unen
dit dan zou willen doen.