24 JANUARI 1924. 12
beschouwd. Kan men niet met dit bedrag toe, dan
moet dit door den Raad verhoogd worden
De heer Van der Erf zegt, dat nu men zit met het
onzalig besiuit om een motorrijwie! aan te schaffen,
er ook een garage moet komen. Spreker zou er wei
voor gevoelen om de garage grooter te maken, want
als blijkt, dat de motor niet voldoet en de motor-
brigade weer zoo spoedig mogelijk wordt afgeschaft,
zou deze garage dienst kunnen doen voor de brand-
weer.
De Voorzitter zegt, dat de heer Tromp nu eenmaal
geen vriend van de politie is.
De heer Tromp zegt, wel een vriend van de politie
te zijn.
De Voorzitter merkt op, dat de heer Tromp het
toch een weelde artikel noemt. Wat betreft de kwestie
aangeroerd door den heer Van Unen, vindt spreker,
dat wanneer de aanbestedingssom hooger wordt dan
de raming, eerst de Raad er in gekend kan worden.
De heer Van Unen vindt dit wel goed, tenminste
ais het werk tot zoolang niet gegund wordt. Een be-
drag van f 20.000 noemt hij welletjes. Spreker vindt,
dat het niet goed is een bedrag te creëeren met de
mededeeling, dat er nog wel wat bij zal komen en
zou direct de bakens op f 20.000 willen zetten.
De Voorzitter zegt, dat Burgemeester en Wethou-
ders dit nog eens met den Opzichter znllen bespreken.
De heer Ur. Droog deelt mede, dat de Gemeente-
Opzichter tegen Burgemeester en Wethouders nietge-
zegd heeft, dat de begrooting te laag is. Hij vindt,
het niet goed van een ambtenaar zooiets niet aan
Burgemeester en Wethouders mede te deelen.
De Voorzitter zegt, dat men in het Raadhuis eenige
ontlasting krijgt a!s de politie er uit gaat. Met het oog
op de meerdere werkzaamheden als gevolg van de
groote uitbreiding der gemeente is dit hoog noodig.
Burgemeester en Wethouders dachten op deze wijze
een heel goede oplossing te hebben gevonden. Spre-
ker heeft er geen bezwaar tegen om den Raad te
kennen in de gunning van het werk als de aanbeste-
dingssom hooger wordt dan de raming.
De heer Dr. Droog zou een kleine speling willen
toestaan van bijv. f 1000.
De heer Van Unen heeft daar geen bezwaar tegen,
want een raming kan natuurlijk nooit heelemaal juist
zijn.
De heer Jorritsma stelt voor om in het bestek op
te nemen, een bepaling betreffende loon en werktijden
van de werklieden en uitbetaling loon gedurende de
Christelijke feestdagen.