4 DECEMBER 1924.
hem ten eenenmale onmogelijk geweest deze zaak te be-
studeeren en te gaan bekijken. Alvorens zich over de
zaak zelf uit te spreken, zou hij B. en W. willen verzoe-
ken dit punt terug te nemen en aan te houden tot een
volgende vergadering.
De Voorzitter kan zich hier volkomen mede vereeni-
gen. Van anderen heeft hij gehoord, dat deze leden het
vanmorgen pas ontvangen hebben. De volgende verga-
dering had hij anders alleen voor de begrooting willen
bestemmen.
De heer Dr. Droog zegt, dat dit punt een zaak van
weinig belang is. Hij zou het daarom maar willen af-
handelen.
De heer Hilterman zegt, dat men nu toch ook alle ge-
wenschte inlichtingen nog kan krijgen.
De Voorzitter geeft toe, dat het niet zoo'n belangrijk
punt is, maar hij zou het ook niet aangenaam vinden als
een stuk zoo laat werd ontvangen.
De heer De Breuk zegt al eens eerder te hebben ge-
vraagd om spoedige toezending der stukken. Het spijt
hem, dat hij dit nu andermaal moet doen. Hij stelt er
prijs op de zaken behoorlijk te behandelen en om er zoo
noodig eens naar toe te gaan. Hij acht dit als raaflslid
zijn plicht.
Vervolgens wordt met 11 tegen 3 stemmen besloten dit
punt aan te houden. Tegen aanhouding stemden de hee-
ren Hilterman, De Boer en Dr. Droog.
XII XII. Wijziging regeling Burgerlijken Stand.
Het voorstel luidt:
Regeling
Burg.Stand
115. Wijziging regcling van den Burgerlijken Stand.
De ontwerp-besluiten luiden:
115. Burgerlijke Stand, en
115. Verordening verdeeting werkzaamheden Bur-
gerlijken Stand.
De heer Breed zegt, dat de heer E. Vedder, die geen
bezwaar tegen deze regeling heeft, dus genoegen neemt
met een vrijwillige traktementsverlaging van f 100.
De Voorzitter deelt mede, dat er door de reorganisatie
een verplaatsing onder de ambtenaren komt. De heer
Vedder krijgt nu een andere afdeeling. Vele ambtenaren