r
15 JANUARI 1925
Het in dit adres beoogde kan ook hierom instemming
verwerven, omdat het in het algemeen wil aangeven een
regeling, waardoor annexatie geen noodzakelijkheid be-
hoeft te zijn en economische toestanden gezamenlijk
kunnen worden verbeterd, zonder kapitaalsvernietiging,
kortom, wil aantoonen, dat annexatie uit den tijd is.
De heer Jorritsma wijst op het feit, dat het schoolgeld
voor eenige klassen van de bevolking in Heemstede hoo-
ger is dan in Haarlem en het zeker wenschelijk zou zijn
daarin verandering te brengen. Het wekt in spreker de
gedachte, dat men in Heemstede daardoor de daarbij
betrokken klassen van bevolking tracht te weren.
De Voorzitter zegt het verband van de opmerking van
den heer Jorritsina ten opzichte van dit adres niet goed te
begrijpen. Het gaat ten eenenmale niet, staande de ver-
gadering, verandering te brengen in eene bestaande rege-
ling. Wanneer de heer Jorritsma meent, dat de bestaande
regeling niet goed is, kan hij een voorstel tot verbetering
indienen, waarover dan is te spreken.
De heer Jorritsma zegt alleen te hebben willen opmer-
ken, hoe Heemstede en hoe Haarlem doet ten opzichte
van de schoolgeldregeling en er nooit verandering is ge-
bracht in een schooigeldregeling, als Haarlem deze wij-
zigde, zoodat dus samenwerking ontbrak.
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming besloten
aan de Regeering te berichten, dat het beginsel, hetwelk
aan genoemd adres met schets van een wetsontwerp ten
grondslag ligt, de instemming heeft van den Raad, en te
verzoeken daaraan bijzondere aandacht te willen
schenken.
III III. Verandering inrichting en meubileering Bijzon-
dere Protestantsche School aan den Voorweg.
Meubileer. Het ontwerp_besluit luidt:
Bijz. Prot.
School
1. Verandering inrichting en meubileering Bijz. Prot.
School aan den Voorweg.
De heer De Breuk merkt op, dat de Raad krachtens
de Lager-Onderwijswet 1920 alleen maar ja en atnen
heeft te zeggen op aanvragen als hier worden voorge-
legd, zonder de financiëele gevolgen daarvan met juist-
heid te kunnen overzien.
De Voorzitter deelt mede, dat de principiëele beslis-
sing over deze aanvrage berust bij den Raad, doch de
zakelijke en financiëele afwerking door Burgemeester en
Wethouders wordt geregeld.
De heer De Breuk merkt op, dat hij in een van de
stukken een bedrag van plus minus f 7800.heeft aan-
fc