15 JANUARI 1925
9
gewacht op straatkolken, om vcrvolgens alles achter
elkander af te kunnen werken. Met het sloopen van het
inuurtje is ook een tijd gewacht, daar pas 4 December 1.1.
de gelden voor verbetering zijn toegestaan.
De heer Jorritsma betreurt deze langzame behandeling
en het zich beroepen op wachten eerst op de gelden en
nu weer op de straalkolken, hij acht dit niet in het belang
der gemeente.
De heer Dr. Droog deelt mede, dat men er nu mee
bezig is, en het van groot belang is een werk achtér
elkaar af te maken. Spreker merkt op, dat de heer Jor-
ritsma er niet achter moet zoeken, dat in dit opzicht van
eenige tegenwerking sprake is, rnaar de werkzaamheden
bij Openbare Werken worden zoo geregeld, dat gere-
gelde afwerking van datgene, waaraan men begint, kan
plaats hebben.
De heer Jorritsma merkt op, dat zijn persoon met deze
aangelegenheid niets te makcn heeft, hij heeft deze op-
merking uitsluitend in het algemeen belang der gemeentc
gemaakt.
Uitkeering p>e [ieer jorritsma vraagt, hoeveel de uitkeerïng be-
werklooz. draagt aan werkloozen en hoe het staat met de contrôie.
De Voorzitter deelt mede, dat Burgcmeester en Wet-
houders hebben besloten aan de Commissie belast met
het doen van uitkeeringen op te dragen aan de uitge-
trokken werkloozen uitkeering te verstrekken.
De heer Jorritsma zegt, dat hem is medegedeeld, dat
door het Eurgerlijk Armbestuur uitkeering wordt ge-
geven van 5.niet voldoende zelfs om daarvan de
huishuur te betalen.
De Voorzitter merkt op, dat de heer Tromp hiervan
inisschien meer kan zeggen.
De heer Tromp wil er maar liever niets van zeggen,
ciaar hij dit niet anders dan in afkeurenden zin kan doen.
De Voorzitter zegt, dat het de bedoeling ic, dat doo
de meergemelde Commissie uitkeeringen zuilen worden
gedaan aan uitgetrokken werkloozen volgens de reeds
vroeger vastgestelde regeling, totdat er voldoende werk-
zaamheden zijn, dat deze menschcn weer arbeid kunnen
verrichten.
De heer Jorritsma zegt, dat hij personen kent, die
slechts f 5.per week ontvangen van het Burgerlijk
Armbestuur en toch nog zich af en toe moeten aanmel-
den. Hierbij zijn personen, die woonachtig zijn aan de
Leidschevaart of omgeving. De controleur konrt ook bij
deze nrenschen aan huis, klopt op de ruiten en laat de
menschen naar buiten komen, vervolgens wijst hij er hen
op, dat zij er op uit moeten gaan oin werk te zoeken.
Bij de begrooting heeft spreker er reeds op gewezen, dat
naar zijn meening een behoorlijke uitkeering behoort te
worden verstrekt.
