25 FEBRUARI 1926.
59
De bedoeling is nu de kuiltjes te laten aanvullen,
terwijl er dezen zomer eene flinke opknapping zal
plaats hebben.
De heer Breed deelt mede, dat hij langs de afge-
broken huizen loopende zag, dat lange staven aan
den kant van den weg uitstaken, wat gaspijpen bleken
te zijn. Daar iemand gemakkelijk er tegenop kon loo-
pen, heeft hij de aandacht van de politie er op ge-
vestigd en vanavond waren deze pijpen opgeruimd.
De toestand zelf is nog lang niet in orde. Menschen
die het van de gemeente hebben gekocht, zijn nu
wel aan het puin opruimen, maar naar sprekers mee-
ning wordt het tijd, dat de toestand daar in orde
komt en geheel wordt opgeknapt.
De heer Dr. Droog, Wethouder, zegt nogmaals toe
aandacht aan deze zaak te zullen schenken.
Verlichtino- De heer Van der Erf zou er de aandacht op willen
vestigen, dat op de Heemsteedsche Dreef tegenover
het gebouw van Openbare Werken bij het aldaar
Dreefaanwezige plantsoen in het midden wel een lantaarn
is aangebracht maar aan de Noordzijde niet, wat hij
vrij gevaarlijk acht. Spreker zou het practisch oordee-
len als daar ook een lantaarn werd geplaatst.
De Voorzitter zegt toe zelf eens te gaan kijken.
Verlichting Mevr. Hoekstra zegt namens de bewoners van de
Edisonstr. Edisonstraat dank te moeten brengen voor de verbe-
tering van die straat. Alleen zou spreekster nog willen
opmerken, dat wel een lantaarnpaal in deze straat is
bi'geplaatst, maar daarop nog geen Iantaarn is aan-
gebracht.
De Voorzitter zegt, dat hieraan aandacht zal worden
geschonken.
Mevr. Hoekstra zou verder willen verzoeken bij de
verlegging van de tram ook een lantaarn te plaatsen
tegenover de Edisonbrug over de Leidschevaart.
De Voorzitter deelt mede, dat ook de gasleiding
aldaar zal worden verlegd en op dit verzoek nader
de aandacht zal worden gevestigd.
Bespreking De heer Baron van Hardenbroek deelt mede, dat
beschuldi- hij, hetgeen hij straks bij de notulen had willen zeggen,
ningen nu b'î rondvraag zal behandelen. Spreker wijst er
PmnHhpHr °P> ^at betgeen aan zijn adres is gezegd als lid der
uronaoear. Commissie v00r het Grondbedrijf een zeer ernstige
disqualificatie voor die geheele Commissie beteekent.
Uit het gesprokene is op te maken, dat U, mijnheer
de Voorzitter, alsmede de heer De Boer en ik als een
soort marionetten en nulliteiten zijn, die dansen naar
hêt pijpen van den Rentmeester van het Grondbedrijf.
Hiertegen zegt spreker ernstig te willen opkomen.
De heer Jorritsma verlaat de vergadering.
