25 FEBRUARI 1926.
45
architect uit Heemstede optreedt en dan weer een uit
Haarlem of Amsterdam.
De heer Dr. Droog, Wethouder, deelt mede, dat
het in het algemeen niet de opinie van den Raad was,
dat dergelijke werken in eigen beheer worden uitge-
voerd, daar reeds eerder uiting is gegeven dat meer
tot aanbesteding behoorde te worden overgegaan.
Het zelf uitvoeren, zooals de heer Jorritsma dat wil,
is dan ook zeker niet in den geest van den Raad.
Dergelijke werkzaamheden komen bovendien betrek-
kelijk sporadisch voor. Als daarvoor een ambtenaar
aan het bureau van Openbare Werken zou worden
verbonden, krijgt men onwillekeurig daarbij weer hulp
en vormt dit gauw weer een bureau. Spreker vindt
het zelf dan ook beter, dat voor een dergelijk werk
iemand wordt uitgekozen, terwijl men dan het voor-
deel heeft een architect te kunnen kiezen, die het werk
meer gedaan heeft. net is niet te vorderen, dat men
aan het bureau van Openbare Werken van alles op
de hoogte is.
De heer Van Unen heeft met belangstelling gezien,
dat deze voordracht zoo kort na den koop van het
daarvoor aangewezen terrein is verschenen en zou
willen vragen, of Burgemeester en Wethouders er niet
alles op kunnen zetten, dat bij het begin van het
nieuwe leerjaar in September a.s. deze school geopend
zou kunnen worden, al zou het maar zijn, dat de
menschen, die daar in de omgeving wonen, hun kin-
deren bij het nieuwe leerjaar naar de eerste klassen
zouden kunnen zenden. Spreker geeft toe, dat dit een
heele praestatie zal zijn, maar met een beetje goeden
wil, dacht hij, dat misschien dan al wel een paar
klassen in gebruik konden worden genomen.
De Voorzitter zegt, dat het eigenlijk zijn voornemen
was geweest in het begin even toe te lichten, waarom
dit besluit zoo spoedig genomen moet worden na
aankoop van het terrein. De bedoeling van Burge-
meester en Wethouders is ook geweest om hier spoed
achter te zetten. Er heeft reeds overleg plaats gehad
met den Inspecteur van het Lager Onderwijs, die heeft
aangeraden eerst dit besluit officieel te laten vaststellen,
daar dit volgens de Wet op het Lager Onderwijs
noodzakelijk is voor tot de goedkeuring van de verdere
plannen door het Rijksschooltoezicht kan worden
overgegaan. Officieel moet dit terrein dus eerst voor
de stichting van een school worden aangewezen.
Verder kan spreker mededeelen, dat de heer Korringa
reeds met een voorontwerp bezig is, doch eerst moest
deze vergadering worden afgewacht. Begin Septem-
ber is wel een fatale datum, vervolgt spreker, doch