15 APRIL 1926. 83 een paar zinkputlen te plaatsen en toen reeds heeft ingezien, dat de toestand niet goed was. Het komt spreker voor dat dit punt werkelijk onder de wet zou kunnen vallen en kan worden toegestaan. Hij wijst er op, dat het misschien volgens de letter niet juist is, maar als er door het schoolbestuur aan gedacht was met een zinnetje het verhaal te verdraaien, zou de zaak in orde zijn geweest. In ieder geval meent spre- ker, dat volgens de wet geen bezwaar bestaat dit verzoek in te willigen en doet het voorstel punt 4 toch te laten uitvoeren en daarvoor de gelden toe te staan. De Voorzitter zegt, dat door den heer Tromp is opgemerkt, dat de gemeente reeds eerder zag, dat het niet goed was. Spreker wil er in dit verband toch op wijzen, dat in de raadsvergadering van 15 Januari 1925 is besloten voor verbetering geen gelden toe te staan. Spreker wijst er op, dat in die vergadering reeds is naar voren gebracht, dat door het verstrekken van gelden voor eene behoorlijke inrichting van het gym- nastieklokaal op voldoende wijze is voorzien in de behoefte aan het geven van onderwijs in lichamelijke oefening. Bovendien is toen opgemerkt, dat het terrein door ligging en grootte voor gemeld doel geheel on- geschikt moet worden geacht. Waar de minder goede afwatering van het terrein gedeeltelijk veroorzaakt kan zijn door de bestrating van den Voorweg, is mede- gedeeld, dat het de bedoeling was ter plaatse een tweetal straatkolken te laten aanbrengen en deze te laten komen ten laste van het onderhoud der wegen. Reeds toen is een en ander wel degelijk onder de oogen gezien. De heer Tromp zou toch willen voorstellen wel gelden beschikbaar te stellen voor verbetering van het terrein en noemt dit eene buitengelegenheid voor lichamelijke oefening. De Voorzitter informeert, of dit voorstel wordt on- dersteund. De heer De Boer is van oordeel, dat voor verbete- ring dan een bedrag moet worden genoemd. De heer Tromp wijst er op, dat dit volgens de wet niet noodig is. De Voorzitter zegt, dat dit voorstel er dus op neer komt, dat de heer Tromp het schoolbestuur wel in de gelegenheid wil stellen het terrein te verbeteren en daarvoor gelden beschikbaar wil stellen, tegen het voorstel van Burgemeester en Wethouders in. Het komt er dus op neer, dat voorsteller is tegen het voorstel van Burgemeester en Wethouders. De heer Jorritsma meent, dat alleen vrije- en orde-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1926 | | pagina 11