9 DECEMBER 1926.
voor gevoelen door te gaan met potjes te vergaren,
omdat men het niet aandurft belasting te verlagen.
Spreker zou voor dit laatste maal gevoelen, doch zonder
verwaarloozing van andere belangen. Naar sprekers
meening moet aüeen die belasting vvorden geheven, die
strikt noodzakelijk is. Het is wel heel gemakkelijk om de
belasting te verhoogen en Burgemeester en Wethouders
dikker in het geld te laten zitten, maar zeker moet niet
uit het oog worden verloren, dat men hierdoor een
groote aantrekkelijkheid voor deze gemeente verliest. In
het algeineen kan niet worden aangetoond, dat deze
geineente op sociaal en cultureel gebied ten achter staat
bij andere gemeenten, vervolgt spreker, alleen maar
volgens een bepaald program misschien, maar niet in
werkelijkheid. In de vorige vergadering is het besluit
onitrent de beschikking over het saldo der rekening 1925
aangehouden, om bij deze begrooting nog eens nader
te worden bekeken. Mijn bedoeling was toen reeds dit
met de belastingheîfing in verband te brengen en ik zie
bij post 84, dat de belasting 1927/28, wordt geschat op
f 513.000 berekend naar een vermenigvuldigingscijfer
van 1, evenals vastgesteld is voor de belasting jaar
1926/27.
De heer Jhr. van de Poll, Wethouder, deelt hierop
onmiddellijk mede, dat eene wijziging van deze toelich-
ting is rondgezonden.
De heer Van Unen zegt deze niet vouraf te hebben
gezien, doch kan zich met deze nadere toelichting ver-
eenigen. Over 1925 hadden we een saldo van ruim
f 293.000, vervolgt spreker, waarvan wordt voorgesteld
ruim f 153.00'0 'te bestemmen voor den dienst 1927.
Hieruit blijkt, dat het in dc bedoeling ligt de reserve a!s
het v/are te laten stijgen. Dit nu acht spreker niet geheel
juist en daarom zou hij aan Burgemeester en Wethou-
ders willen vragen, of zij het noodig achten, dat die
reserve steeds blijft bestaan, nu niet meer zoo groote
schommelingen zijn te verwachten. Zoo het eenigszins
mogelijk is, acht spreker het noodzakelijk tot belasting-
verlaging over te gaan. Men krijgt nu langzamerhand
weer een regelmatigen, normalen kijk op de inkomsten.
Spreker is van oordeel, dat inen cek met gebruikmaking
van de overschotten tot belastingverlaging kan over-
gaan, doch zal thans aannemen, dat alleen bij wijze van
raming het bestaande vermenigvuldigingscijfer is aan-
gehouden, terwij! bij de behandeling van de vaststelling
van het vermenigvuldigingscijfer in 1927 deze geheele
aangelegenheid nader kan worden bekeken. Als dit
onderwerp dan aan de orde komt, zou hij het zeer op
prijs stellen zoo mogelijk verlaging te ontdekken.
Naar aanleiding van de beschouwingen gehouden door