10 DECEMBER 1926.
De heer Jhr. van de Poll, Wethouder verklaart er zich
sterk tegen dit zoo klakkeloos te verlagen met f 5000.
De heer Van Unen ziet hierin evenwel geen enkel
bezwaar. Omdat een andere post is verhoogd, zou hij
er veel voor gevoelen dezen post te verlagen.
De heer C'hapon zou hier ook veel voor gevoelen, als
hij hierdoor zou kunnen bereiken, dat zijn voorstel
omtrent eene gewijzigde progressie kans van aanneming
zou hebben.
De Voorzitter deelt mede, dat dit hiermede absoluut
niet in verband staat.
De heer Jhr. van de Poll, Wet!houder, 'is ook van
oordeel, dat dit niet meer in bespreking kan komen, daar
dit is afgedaan. Spreker wil waarsc'húwen, dat de
gemeente nog voor belangrijke uitgaven komt te staan
en wijst in dit verband er op, dat als aanstonds de
nieuwe school in gebruik zal worden genomen, hiermede
een belangrijk bedrag zal zijn gemoeid. Deze post is
inderdaad niet zoo hoog, waarom hij verlaging ernstig
wil ontraden.
Het voorstel van den heer Van Unen wordt in
stemming gebracht en verworpen met 6 tegen 8 stem-
men.
Vöôr stemden de heeren: De Breuk, Breed, Tromp,
De Boer, Van Unen en Mevr. de Voogt.
Dit volgnummer wordt vervolgens ongewijz'igd
vastgesteld.
Volgn. 85. De heer Moolenaar deelt mede, dat hij er
voor zou zijn de belasting o>p de 'honden te vefhoogen.
Spreker wijst er op, dat er op het Bullenhofje door
niemand hondenbelasting wordt betaald, terwijl daar
toch verschillende honden worden gehouden
De heer Van der Erf zou er niet voor zijn deze
belasting te verhoogen. In het belang van de dieren-
vrienden is dit niet gewensdht.
De heer Breed informeert, of er geen strafbepaling
bestaat op het niet aangeven van honden voor de
belasting.
De 'heer Jhr. van de Poll, Wethouder, deelt mede dat
er geen strafbepaling, als door den heer Breed bedoeld,
in de verordening is opgenomen. Aan het eind van het
jaar wordt nog nagegaan, of voor alle Ihonden belasting
is betaald.
De 'heer Breed zou naar aanleiding van de klaôhten
willen aandringen op een betere contrôle en over willen
gaan tot vaststelling van een strafbepaling voor
nalatigen.
De Voorzitter deelt mede, dat zeer nauwkeurig een
lijst is aangelegd van de houders van honden. Nader zal
eens onderzocht worden, of door 'het maken van een
strafbepaling verbetering tot stand is te brengen.