140 26 JULI 1928 Mevrouw De Voogt vraagt, of het b.v. mogelijk is om een slagerswinkel op het Raadhuisplein te weren. De Voorzitter antwoordt hierop, dat dit zeer goed mogelijk is. De heer Audretsch vraagt, of zijn voorstel, dat de rooilijn wordt vastgekoppeld aan het bebouwings- vraagstuk, in stemming kan worden gebracht. De heer Vring vraagt, of het niet mogelijk is om te stemmen over de vraag of al of niet winkels op het Raadhuisplein moeten komen. De heer Kwak vraagt nogmaals, of de Raad met de bevoegdheid heeft om op het Raadhuisplein een servituut te leggen, dat aldaar geen winkels mogen worden gebouwd of zou het misschien mogelijk zijn, vraagt spreker, dat de Raad bij wijze van motie te kennen gaf, dat hij het ongewenscht acht, dat op het Raadhuisplein winkelhuizen worden gebouwd. De heer Rijkes zegt, de moeilijkheid thans duidelijk te gevoelen. De bebouwing van het Raadhuisplein staat geheel los van den Raad. Spreker vraagt, of Burgemeester en Wethouders de aanvrage om ver- gunning voor den bouw van winkelhuizen niet kan weigeren en de Raad in beroep de vergunning ook weigert. De Voorzitter antwoordt hierop, dat de afwijkende beschikking op een bouwaanvrage met redenen moet zijn omkleed. Spreker acht dit bovendien niet fair tegenover de ingezetenen. De heer Dr. Droog, Wethouder, merkt op, niet verwacht te hebben, dat zulk een oppositie tegen die winkelhuizen zou worden gevoerd. Spreker zegt, dat er werkelijk geen andere oplossing was te vinden, dan in principe toe te staan, dat in den overgang twee winkelhuizen worden gebouwd. De heer Audretsch zegt, dat hij gaarne zag, dat de rooilijn niet nu werd vastgesteld maar eerst bij de bouwaanvrage, wanneer het althans niet mogelijk blijkt te zijn aan zijn eerst gedaan voorstel te voldoen. De heer Dr. Droog, Wethouder, zou de Raad ern- stig in overweging willen geven om deze nieuwe rooilijn nu maar zonder meer vast te stellen. Spreker wijst er op, met hoeveel moeite en tegenstand men dikwijls in andere gemeenten rooilijnen vaststelt. Hier kan dit nu zonder eenigen tegenstand gebeuren. De heer Van Unen vindt, dat er eigenaardige groote woorden zijn gebruikt. Spreker acht de oplossing, die Burgemeester en Wethouders aan de hand doen echter niet zoo fataal. Er bestaat nu een zeer gevaar- lijke rooilijn voor het Raadhuisplein. Als iemand daar straks wil bouwen, hebben Burgemeester en Wethou-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1928 | | pagina 17