25 0CT09ER 1928 toch niet meer de origineele haag is, die door school- kinderen is geplant. Ook dit onderwerp îs în de Plant- soenencommissie besproken. Ware dit niet het gova geweest dan zou ook deze commissie dit jamrner heb- ben gevonden. Toen echter gebleken was, dat de haag al eens verplant was, verminderde daardoor de his- torische waarde natuurlijk zeer. Het plantsoen is nu echter zoo, dat, wanneer men per auto of rijwiel ot te voet passeert, de haag ieder gezicht op het plantsoen belet. Men zou kunnen zeggen, dat is gemakkelijk, men behoeft dan geen bloemen te planten. Men kan echter ook zeggen: „Ruim de haag op en inaak er iets aan- trekkelijks van". De heer Andretsch, zegt spreker, zal toch toegeven, dat dit plantsoen gelegen is m een lande- lijke gemeente.. Burgemeester en Wethouders meenden daarom dan ook ,dat er iets gedaan moest worden, temeer waar dit vraagstuk niet altijd onbesproken îs gebleven. Uit een verkeerscogpunt geschiedt deze ver- andering echter niet. Daarvoor dient plan B, doch dit kost f 7000.hetgeen Burgemeester en Wethouders ook te kostbaar achtten. Het verkeer op het Raadhuis- plein zal waarschijnlijk wel aanmerkelijk verminderen zoodra de Heemsteedsche Dreef is <ioorge.trokken. Spreker zegt, dat de wegen daarom nu niet breeder be- hoeven te worden; het stadskarakter moet vermeden en het landelijke behouden. Er woiden drie boomen, welke. weinio- waarde hebben, geiooid. Bovendien, zegt spre- ker, wordt het rijgedeelte tusschen Van Merlenlaan en Camplaan alsmede het Noordelijk trottoir achter de rij eikenboomen verbreed. De pasagiers, die uit de tram staopen, krijgen tengevolge hiervan een breed en veilig voetpad, hetgeen ook een motief is om de heg op te ruimen. Het bezwaar, dat aan de eene zijde een hooge haag zal staan en aan de andere zijde een lage, acht spreker denkbeeldig. Een schaar zal hieraan desnoods wel tege- moet kunnen komen. Wat betreft het wegnemen van de haag aan deze zijde, zegt spreker dit zeer te moeten ont- raden, omdat zij geheel aanpast aan het raadhuis. Tot den heer Audretsch zegt spreker niet goed het verband te begrijpen tusschen de bebouwing van de ter- reinen aan de Oostzijde en de verandering van het plant- soen. De verandering kan misschien aanleiding geven om die huizen nog sneller op te ruimen, omdat de aan- trekkelijkheid orn aan dit plein te bouwen grooter zal kunnen" worden. Wordt misschien gevreesd, dat het plein het plantsoen zal kunnen bederven?, vraagt spre- ker. Die vrees behoeft evenwel niet te bestaan, daar hiertegen zeker zal worden gewaakt. Tegen den heer Kwak zou spreker willen zeggen, dat het inderdaad misschien nu niet het juiste oogenblik is

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1928 | | pagina 13