25 0CT09ER 1928
door een daarvoor ingestelde Commissie worden be
hartigd.
Hoogachtend,
De Leden van den Raad,
('get.) S. Rijkes.
A. P. Audretsch
J. Vring
R. de Voogt-de Vogel
J. Moolenaar
Corns. L. Kwak
De Voorzitler deelt mede, dat dit adres eerst den
24sten October j I. is ingekomen Burgemeester en
Wethouders stellen daarom voor het advies van hun
College hieromlrent af te wachten.
De heer Audretsch zegt, gaarne eemge toelichting
op het adres te willen geven. Wat betreft het voorstel
tot vermeerdering van het aantal leden der Commissiën
met één lid, merkt spreker op, dat dit wenschelijk
wordt geacht, omdat liet voorkomt, dat een lid eener
Commissie, door welken oorzaak ook, verhinderd is,
de vergadering bij te wonen, tengevolge waarvan in
zulk een vergadering slechls aanwezig zijn de Voor-
zitter en één lid.
Wat betreft de uitbreiding van het aanlal Lommis-
siën wil spreker verwijzen naar artikel 54 der Oe-
meentewet. Uit dit artikel, zegt spreker, blijkt, dat de
Raad de competentie heeft om vaste Commissien
zijner leden te belasten met de voorbereiding van
hetgeen, waarover hij heeft te besluiten. In het tweede
lid "van ditzelfde artikel wordt aan den Raad de com-
petentie gegeven om aan vaste Cornmissiën zijner
leden op te dragen, Burgemeester en Wethouders in
het beheer van bepaalde takken van de huishoudmg
der gemeente bij te staan. Van deze laatste Conrmis-
siën is volgens de wet altijd de Burgemeester of een
der Wethouders Voorzitter. Spreker zegt, mede uit
naam van de andere onderteekenaars het zeer op prijs
te zullen stellen, wanneer een der leden van het
College van Burgemeester en Wethouders als Voor-
zitter van deze voorgestelde nieuwe Commissie zou
willen fungeeren en zag in verband met het voorge-