22 NOVEMBER 1928
meester en Wethouders wordt opgedragen, gehouden
voordrachten en cursussen te liouden voor het onder-
wijzend personeel over de verzorging van het gebit.
Hij is voorts gehouden Burgemeester en Wethouders
inlichtingen en adviezen te geven over aangelegenheden
tot zijn werkkring behoorende en tevens om, voor zoover
zijn ambtseed dit toelaat en de opmerkingen van belang
kunnen zijn voor het onderwijs, daarvan mededeeling te
doen aan het Hoofd der school.
Artikel 11.
Aan de ouders of verzorgers van de leerlingen der
scholen, waarover zich het toezicht van den school-
tandarts uitstrekt, wordt eenige dagen vöör het onder-
zoek zal plaats hebben, door de hoofden van scholen
de circulaire gezonden van de Nederlandsche Vereeni-
ging tot bestrijding van het Tandbederf, over het onder-
houdt van de tanden, waarbij de ouders of verzorgers
tevens worden gewezen op het groot belang voor hunne
kinderen van deze deskundige voorlichting en verzor-
ging om tandbederf te voorkomen en waarbij er tevens
aan herinnerd wordt, dat naast deze schooltandverzor-
ging medewerking der ouders in den vorm van nauw-
lettend toezicht op de verzorging en reiniging van den
mond hunner kinderen een onmisbare voorwaarde is
voor het bereiken van dit doel.
Artikel 12.
De schooltandarts pleegt regelmatig overleg met de
schoolartsen en woont de door dezen te houden ver-
gaderingen bij.
Artikel 13.
De schooltandarts wordt als regel telkens voor den
tijd van vijf jaren benoemd door Burgemeester en Wet-
houders, evenwel met dien verstande, dat de eerste
aanstelling zal geschieden tot 1 September 1929.
De aftredende is terstond herbenoembaar.
De schooltandarts wordt door Burgemeester en Wet-
houders geschorst en ontslagen.
Artikel 14.
Schorsing kan voor niet langer dan drie opeen-
