107
20 DECEM6ER 1928
wij uitgenoodigd worden, in de gevallen waarin de
benoeming van eene onderwijzeres aan eene openbare
school wenschelijk wordt geoordeeld te bevorderen
a. dat uitsluitend ongehuwde onderwijzeressen op
de voordracht zullen komen
b. dat aan de sollicitanten wordt medegedeeld, dat
de bedoeling van den Raad is, dat zij bij huwelijk
ontslag zullen nemen en tevens dat, voor zoover de
wettelijke hepalingen dit alsdan zullen toelaten, de
Raad haar bij huwelijk volgens de wettelijke regelen
zal ontslaan, voor zoover zij uit eigen beweging geen
ontslag nemen.
De redactie van deze motie stemt evenwel niet ge-
heel overeen met het bij de wet van 28 Mei 1925,
Stbl. no. 207, aan artikel 38 der Lager Onderwijswet
1920 toegevoegde nieuwe vierde lid. Dit vierde lid
toch luidt als volgt
„De gemeenteraad kan bepalen, dat eene onder-
wijzeres, die voor het bereiken van den vijf en veer-
tig jarigen leeftijd in het huwelijk treedt, of een
onderwijzer of eene onderwijzeres, die een bepaalden
leeftijd, welke niet lager mag zijn dan vijf en zestig
jaren, heeft bereikt, op dien grond zal worden ont-
slagen. Zoodanig ontslag geschiedt alsdan door Bur-
gemeester en Wethouders met ingang van onderschei-
denlijk den dag van het huwelijk en den eersten dag
der maand, volgende op die, waarin de gestelde
leeftijd is bereikt. Echter kan de gemeenteraad bepa-
len, dat een ontslag op grond van het bereiken van
een bepaalden leeftijd krachtens besluit van den
gemeenteraad op voordracht van Burgemeester en
Wethouders telkens voor een jaar zal kunnen worden
opgeschort"
In de motie wordt dus de Raad aangewezen als
het College dat ontslag geeft, terwijl de wet het ver-
leenen van het ontslag wegens huwelijk, wanneer dit
bij verordening is bepaald, aan het College van Bnr-
gemeester en Wethouders opdraagt en daarbij nog
uitdrukkelijk aangeeft wanneer het ontslag zal ingaan.
Moet nu eenerzijds, zoolang geen verordening ais
in art. 38 bedoeld bestaat, in eventueel voork mende
gevallen de motie worden nageleefd, anderznds kan
dit door het redactieverschil tot velerlei bezwaren eu
moeilijkheden aanleiding geven.
Wij meenen daarom, dat het op onzen weg ligt
Uwen Raad een juistere redactie voor te leggen welke
in voorkomendë gevallen kan leiden tot het verleenen
van ontslag wanneer eene onderwijzeres in het huwe-
lijk treedt. Deze nieuwe redactie is opgenomen in
artikel 27a. Daaruit blijkt dat het onze bed -elmg is