■I
20 DECEMBER 1928
207
houders er prijs op stellen, hoewel de bevoegdheid tot
het verleenen van de vereischte vergunningen bij hun
College berust, om den Raad allereerst in kennis te stel-
len met hun voornemen om medewerking te verleenen
aan de oprichting van radio-centrales. De raadsleden
behoeven zich dan immers straks niet met verwondering
af te vragen naar de beteekenis van verschillende palen
en draden, die dan in de gemeente zichtbaar zullen
worden.
De heer De Boer vraagt, of het dan in de bedoeling
ligt, om deze mededeeling zonder meer voor kennis-
geving aan te nemen.
De Voorzitter antwoordt hierop, dat gaarne de ge-
legenheid zal worden geboden hieromtrent zijn oordeel
uit te spreken. Burgemeester en Wethouders kunnen per
saldo de vergunning verleenen, doch willcn den Raad
niet de gelegenheid onthouden, om terzake hun meening
kenbaar te maken.
De heer Audretsch vraagt, of het niet mogelijk is om
in de voorwaarden een zoodanige bepaling op te nemen,
waardoor de aansluiting beslist neutraal moet zijn en
men dus niet gebonden îs aan een bepaalde richting.
De Voorzitter antwoordt hierop, dat de aansluiting
völgens de rijksvöorschriften plaats za! hebben en men
dientengevolge dus altijd aan twee stations moet kun-
nen aangesloten worden. Op het oogenblik is dit zoo
geregeld, dat men zoowel met Hilversum als met Huizen
kan worden verbonden.
De heer v. d. Erf zegt Burgemeester en Wethouders
dankbaar te zijn voor hun voornemen om medewerking
te verleenen aan radio-distributie. Als spreker echter
leest, dat de radio-distributie in hoofdzaak wordt inge-
voerd, om de minder gesitueerden, die niet voldoende
middelen bezitten om een eigen toestel te koopen, de
gelegenheid te bieden toch de radio onder hun bereik
te krijgen, dan bevreemdt het hem, dat zulke abnormaa!
hooge prijzen worden berekend voor de overspanning
der draden. Zoo zal b.v. de overspanning van een straat
of van water /2.kosten en voor het oprichten van
een paal 4.worden gevraagd. Is dit geen abnormaal
hoog precariorecht, vraagt spreker. Worden die prijzen
dan ook niet verlaagd, dan zal het doel van de radio-
distributie voorbij worden gestreefd en zal er niets van
terecht komen, aangezien voor velen alsdan de aanslui-
ting veel te kostbaar zal zijn.
De Voorzitter antwoordt hierop, dat deze prijzen
geenszins abnorinaal hoog kunnen worden genoemd en
geheel overeenkomen met de verorclening op de preca-
riorechten. Op de tweede plaats zou het ongewenscht
zijn, om de prijzen voor die rechten zeer laag te nemen.
I