21 DECEMBER 1928
dat iemand die misleid was door het valsche licht van de
lantaarn, daar bijna is uitgegleden. Het gevaar voor ver-
zanding is niet denkbeeldig als men ziet, hoeveel steenen
en zand daarin het water vallen. Ook vraagt spreker de
aandacht voor de palen van een oude steiger die daar
nooit meer gebruikt worden. Spreker weet niet wie de
palen daar weg moet nemen, in ieder geval hebben die
steigers geen reden van bestaan meer, nu het vervoer uit
Amsterdam te water niet meer plaats heeft.
De Wethouder Dr. Droog, zegt toe, aan een en ander
aandacht te zullen schenken.
Klachten De lieer v. d. Erf zegt eenige klachten gehoord te heb-
Parelcokes ben omtrer,t de kwaliteit van de parelcokes, die dit jaar
minder goed schijnt te zijn dan andere jaren. Misschien
is dit een gevolg van de nieuwe installatie voor het ziften
van de cokes? Die cokes krijgt men toch niet voor niets
en is juist voor de minder gesitueerden.
De Voorzitter antwoordt hierop, deze klachten ter ken-
nis te zullen brengen van den Directeur der Licht-
bedrijven.
Godsdienst De heer Vring deelt mede dat door den Hervormden
onderwijs fJredü<ant Ds. Briët aan de ouders of verzorgers van
schojen leerlingen der 6e klasse en van de U.L.O, klassen der
Bronsteeschool een circulaire is gezonden, waarin het
voornemen te kennen wordt gegeven, op die scholen
Godsdienstonderwijs te geven, Spreker vraagt of daar-
tegen niets is te doen. De lesrooster is namelijk reeds zoo
overvoerd, dat ds onderwijzers zelfs buiten de schooluren
de kinder.en rnoeten klaarstoomen voor het examen. De
ouders die prijs stellen op Godsdienstonderwijs kunnen
de kinderen immers naar de bijzondere scholen sturen.
Spreker zegt niet tegen godsdienst te zijn, doch zag
gaarne, dat dit buiten de schooluren werd gegeven. Ge-
lukkig is er nog een oudercommissie, die ook een cir-
culaire de wereld in heeft gestuurd, waarin aan de ouders
der leerlingen van de Bronsteeschool wordt medegedeeld,
dat volgens haar inzicht het godsdienstonderwijs buiten
de gewone schooluren moet worden gegeven. Evenwel is
er nog geen circulaire door de ouders rondgezonden,
waarin deze den wensch te kennen geven naar gods-
dienstonderwijs tijdens de schooluren.
De Voorzitter antwoordt hierop, dat art. 26 van de
L. O.-wet verplicht dat de schoolkinderen godsdienst-
onderv/ijs kunnen genieten en dat de voor het godsdienst-
onderwijs bestemde uren binnen de schooltijden vallen.
De heer Vring zegt, dat het gevolg hiervan is, dat
straks de Nederlandsche Protestantenbond en ook nqg
de 13 of 14 andere verschillende Protestantsche Kerk-
genootschappen met een gelijksoortig verzoek komen.
Volgens de bepalingen van dit wetsartike) wordt het
godsdienstonderwijs dus opgedrongen. Bovendien acht
spreker het een groote fout.en zeer schadelijk voor het