28 Februari 1929 49 De heer Kwak merkt op, dat het nu niet moet worden voorgesteld of de belangen van de werkloo- zen alleen door Mevrouw Bigot worden verdedigd. Builen de gemeente zijn er gelukkig nog vele particu- lieren met name onder de meer gegoeden die een open oog hebben voor degenen, die in dezen tijd in zeer moeilijke omstandigheden verkeeren De Voorzitter zegt nogmaals, dat Burgemeester en Wethouders naar bevind van zaken zullen han- delen. Mevr. Bigot merkt ten slotte op, dat zij wel degelijk waardeering heeft voor het snelle ingrijpen van Bur- gemeester en Wethouders. Zij vraagt echter waarvoor het noodig is om nu zoo buitengewoon dankbaar te zijn. Het is immers niet meer dan een plicht van de Overheid om in te grijpen als er nood is. De arbei- ders die graag willen werken, maar dit niet kunnen, hebben recht op steun. De particuliere liefdadigheid is siechts het werk van bepaalde categoriën. De heer Kwak zegt het geheel met Mevrouw Bigot eens te zijn, dat het een plicht is van de Overheid en de particulieren om te helpen, maar daarom mag het toch wel gewaardeerd worden, wanneer deze plicht wordt nageleefd. Nadat Mevr. Bigot verklaard heeft het eerste gedeelte van haar verzoek n.l. de handhaving van de extra uitkeeringen gedurende geruimen tijd in te trekken wordt haar tweede verzoek betreffende de uitkeering van f 25.— ineens, door den Voorzitter in stemming gebracht. Dit voorstel wordt verworpen met 13—1 stemmen. Vöör stemde Mevrouw Bigot. Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens goedgevonden, Burgemeester en Wethouders te mach- tigen die maatregeien te nemen, die zij in het belang van de werkloozen in deze gemeente in verband met de vorstperiode noodig achten. IV. Overeenkomsi met Haarlem inzake Middelbaar en Voorbereidend Hooger Onderwijs. Het advies met ontwerp-besluit luiden als volgt 13. Overeenkomst Middelbaar- en Voorbereidend Hooger Onderwijs.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1929 | | pagina 12