27 Juni 1929. 106 eenige maanden is de Voorzitter onder meer gsadvi- seerd om de gazons gelegen tusschen den rijweg en het rijwielpad op de Adriaan Pauwlaan en Laan van Rozenburg eenige meters in te korten, waardoor de automobilisten de bochten Laan van Rozenburg naar Heerenweg richting Bennebroek en Adriaan Pauwlaan naar Heerenweg richting Haarlem beter en minder gevaarlijk kunnen maken. Ook zou het naar sprekers meening zeer nutfig, ja zelfs zeer noodig zijn, indien het viertal jonge boomen, staande op bedoeld gazon, werden verwijderd. Wellicht zullen er nog een paar boomen, in 't beiang van het verkeer daar ter plaatse, dienen te sneuvelen. Als een bewijs dat de te nemen bochten thans door de automobilisten te kort genomen moeten worden, wil spreker wijzen op het ijzeren paaltje, waaraan het bordje „rijwielpad" (de helft is reeds van dit bordje af) bevestigd is en dat reeds een paar malen niet alleen aangereden, doch bijna geheel omver ge- reden is. Spreker vindt de situatie, met het oog op het verkeer, zoo ernstig, dat hij beleefd zou willen verzoeken, zoo noodig onder deskundige voorlichting, ae toestand ter plaatse met bekwamen spoed nog- maals na te gaan en te laten verbeteren. Zijn a I de maatregelen, die, practisch gesproken, genomen kunnen worden uitgevoerd, dan treft, bij een eventueel ongeluk van welken omvang ook, het Oemeentebes'uur geen verwijt van nalatigheid. Spreker vertrouwt, dat indien de te nemen maatre- gelen met eenige financieele offers gepaard mochten gaan, de Raad deze middelen ter uitvoering van een en ander zeker zal toestaan. De Voorzitter antwoordt hierop, dat hij spreker de verzekering kan geven, dat al hadden Burgemeester en Wethouders alle maatregelen getroffen om ver- keersongelukken ter plaatse te voorkomen, d i t onge- luk toch was gebeurd. Spreker had dit accident liever niet willen aanvoeren, omdat degene, die daarbij het slachtoffer is geworden, afwezig is en niet meer zal terugkeeren. Dit ongeluk is echter een gevolg van buitengewone onoplettendheid. Men rijdt nu eenmaal niet recht op een auto in. Misschien is een en ander een gevolg van vermoeidheid of van zorgen, dit alles wil spreker buiten beschouwing laten het kan hier echter niet worden toegeschreven aan de situatie van den weg. Hoe moeilijk de regeling van het verkeer is zal de heer Rijkes echter wel gehoord hebben, toen

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1929 | | pagina 7