46
25 Juii 1929.
WIJZSOINQ VERORDENINQ SCfiOOLARTSEN.
Aan den Raad.
In artikel 18 der Verordening tot regeling van de
aanstelling en den werkkring van de schoolartsen bij
het lager onderwijs en het bewaarschoo! onderwijs in
onze gemeente is bepaald, dat de schoolartsen telkens
voor den tijd van vijf jaren door ons worden benoemd.
In aansluiting daaraan is in de verordening tot re-
geling van de schooltandverzorging, alsmede den
werkkring van den schoolfandarts eenzelfde bepaling
opgenomen.
Tengevolge van deze bepalingen geldt de benoe-
ming van de schoolartsen en van den schooltandarts
tot 1 September a.s. Dit jaar moeten deze benoemin-
gen dus weder plaats hebben.
Het ligt in or.s voornemen dezelfde personen, welke
nu als zoodanig fungeeren, weder opnieuw te benoe-
men. Evenwe! komt ons een termijn van vijf jaren
thans te lang voor. Het onderwerp medisch-hygiênisch
schooltoezicht tocli, heeft in den laatsten tijd meerdere
rnalen een punt van bespreking uitgemaakt in de ver-
gaderingen van de Afd. Noordholland van de Veree-
niging van Nederlandsche Oemeenten. Door het bestuur
dier afdeeling werd eenigen tijd geleden een commis-
sie ingesfeld teneinde de mogelijkheid te onderzoeken
om door samenwerking der gemeenlen en met mede-
werking van het Rijk en de Provincie tot een bevre-
digende oplossing van het schoolartsenvraagstuk te
geraken. Deze commissie is daarbij tot de conclusie
gekomen dat de regeling van het medisch-hygiênisch
schooltoezichf dient te berusten op vrijwillige samen-
werking der gemeenten.
Een plan is reeds ontworpen vocr verdeeling van
de provincie in verscliillende districfen, terwijl dan
voor e!k district een schoolarts zou kunnen worden
aangesteld ten behoeve van de tot dat district behoo-
rende gemeenten, welke zich bij de regeling aansluifen.
Zooals hierboven is medegedeeld, is deze regeling
gebaseerd op het verkrijgen van steun van Rijk en
Provincie, waaromtrent echter nog geen zekerheid
bestaat.